Gebruiker:Ermindewinkel/Kladblok: verschil tussen versies

Uit 3rail Wiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
 
(93 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 4: Regel 4:
 
| <center><small>Ermin</small></center>
 
| <center><small>Ermin</small></center>
 
|}
 
|}
 
+
== Uitbreiding geometrie ==
== '''Mogelijke nieuwe pagina's''' ==
+
=== banen ===
 
+
Voorbeelden van banen
== Mogelijke nieuwe help-klasse ==
+
<gallery perrow="1" widths="600" heights="300">
How to's: (Hoe doe ik dit)
+
Bestand:Twee_ovalen_met_keerlussen.png|Twee ovalen met keerlussen op twee niveaus
 
+
Bestand:Hondebot.png|Dubbelsporig hondebot
=== "Onzichtbaar" aansluiten van aansluitrails ===
+
Bestand:Station_met_twee_keerlussen.png|Vier sporig station met aan elke zijde een keerlus
 
 
=== Uit elkaar schroeven van locomotieven ===
 
 
 
Benodigd:
 
* Hoofdloupe (niet noodzakelijk, wel handig)
 
* Fijne schroevedraaier 2mm
 
* Schoon werkblad, bij voorkeur met randen (dienblad of zo)
 
* Fijne bankschroef of klem om het model te fixeren.
 
* Fijn tangetje (bek 1 à 2 mm breed), bij voorkeur met lange punt.
 
* Pincet
 
* Teflon olie (High Tech Modellbahnen art nr 5981)
 
* schoonmaakmateriaal, ontvetter
 
* Ultrasoon reiniger (niet noodzakelijk, wel handig)
 
 
 
'''Voor alle onderhoud, reparaties en controles aan alle Märklin Z modellen is een goed oog en een vaste hand een vereiste. Een hoop geduld is ook handig om te hebben. Begin er niet aan als je niet zeker van jezelf bent. Het is allemaal erg fijn spul, en je raakt maar zo een schroefje of wat anders kwijt. '''
 
 
 
[[Bestand:ZLoc_stoom_startset_81461_opzetten.png|thumb|260px|right|Het op de rails plaatsen van US-stoomlocomotief met tender "Mikado" van de Amerikaanse spoorwegmaatschappij Chicago, Burlington & Quincy]]
 
[[Bestand:ZLoc_stoom_startset_81461_op_rails.png|thumb|260px|right|US-stoomlocomotief met tender op de rails]]
 
'''Stoomlock (voorbeeld US stoomlock uit de set 81461)'''
 
 
 
Het model op de foto's is aangepast aan digitaal rijden. Hiertoe is in de tender de CPU geplaatst, en lopen de draden van de tender naar de loc. De tender is hiermee vast aan de loc bevestigd. In de normale uitvoering is dit niet het geval.
 
 
 
Let op de drijfstangen. Deze zijn abusievelijk niet in lijn. Bij het assembleren moeten deze wel in de juiste positie worden teruggeplaatst.
 
 
 
'''Uitvoering'''
 
Op de bovenzijde van de lok zit een schroef. Door deze los te draaien komt de behuizing vrij van het chassis. (1)
 
 
 
Leg de loc op de kop. (2)
 
 
 
Schroef voorzichtig de bodemplaat los. (3)
 
 
 
Na het verwijderen van de bodemplaat kunnen de voorste en achterste wielparen verwijderd worden. (4) Alle wielen en tandwielen liggen los in de behuizing. Pas goed op dat ze er niet uit vallen. Gebeurt dit wel zorg er dan voor dat:
 
 
 
1: de wielen op de goede plaats worden teruggelegd
 
 
 
2: de drijfstangen goed liggen
 
 
 
3: de wielcontacten op de juiste manier aanliggen op de binnenzijde van de wielen.
 
 
 
 
 
Dit is een hels karwij, vooral omdat je op de vierkante milimeter werkt en je minimaal drie handen nodig hebt.
 
 
 
Maak het geheel van tandwielen schoon met de ontvetter. Indien aanwezig kan de untrasoon gebruikt worden.
 
 
 
Na het schoonmaken weer in de olie zetten. Door een reparateur is mij teflonolie aanbevolen, onder andere verkrijgbaar van z-hightech.de.
 
 
 
Alles weer terugplaatsen, bodemplaat weer terugschroeven en behuizing er weer bovenop zetten.
 
<gallery caption="Het openen van de tandwielkast van US-stoomlocomotief met tender Mikado" perrow="2" widths="260" heights="100">
 
Bestand:ZLoc_stoom_startset_81461_geopend.png|1 De behuizing is verwijderd
 
Bestand:ZLoc_stoom_startset_81461_onderzijde_met_beschermplaat.png|2 De onderzijde, bodemplaat nog aanwezig
 
Bestand:ZLoc_stoom_startset_81461_op_zijn_kop_zonder_beschermplaat.png|3 de beschermplaat is verwijderd
 
Bestand:ZLoc stoom startset 81461 op zijn kop zonder beschermplaat (2).png|4 Hier zijn ook de wielstellen voor en achter verwijderd
 
 
</gallery>
 
</gallery>
  
[[Bestand:ZLoc_Eloc_BR103_op_rails.png|thumb|260px|right|Electrische locomotief van BR (Baureihe) 103 van de Deutsche Bundesbahn (DB)]]
+
== Werken in de praktijk: ==
'''E-loc (Voorbeeld BR 103 van de DB art.nr. 8854)'''
+
=== locs ===
 +
=== digitaal ===
 +
=== toebehoor ===
 +
=== scenery ===
 +
Huisjes, bruggen en andere zaken worden in gelimiteerde hoeveelheden en verscheidenheid door verschillende fabrikanten geleverd.
 +
Voor meer speciaal spul in gelimiteerde oplage bestaan enkele gespecialiseerde bedrijven.
 +
Zelfbouw is een optie. 3D printen is een mogelijkheid. Een andere is het (zelf) maken van bouwplaten. Uiteraard zijn bouwplaten niet gedetailleerd, maar als detail minder belangrijk is, is het een interessante optie. In ieder geval bent u alleen gelimiteerd door uw eigen fantasie.
 +
==== standaard scenery ====
 +
==== speciale uitgaven ====
 +
==== 3D printen (commercieel) ====
 +
==== 3D printen (zelf doen) ====
 +
==== bouwplaten (commercieel) ====
 +
==== bouwplaten (zelf doen) ====
  
Ook deze loc is aangepast aan digitaal rijden. Hier is de printplaat aan de bovenzijde van het chassis aangebracht. Links van de print (2) is de schroef te zien waarmee de loc overgeschakeld kan worden naar bovenleiding. Deze schroef kan door een gat in de behuizing van buitenaf worden bediend.
+
=== baan ===
 +
==== afmetingen ====
 +
===== Perron =====
 +
[[Bestand:Zrail_Perron_afmetingen.png|thumb|Bovenaanzicht van een simpel perron]]
 +
[[Bestand:Zrail_Afmetingen_perron_dwarsdoorsnede.png|thumb|Dwarsdoorsnede van een typisch perron]]
 +
Bovenop de grondplaat, hiernaast in rood weergegeven, komt de rail te liggen. In de tekening is geen rekening gehouden met een railbed. Dat komt er eventueel nog bij.
  
Het uit elkaar halen van een eloc begint met het lichten van de behuizing. Deze kan aan de zijde met een schroevedraaier iets geopend worden, en iets omhoog geschoven. Daarna de andere zijde op dezelfde manier, en de behuizing kan worden afgenomen. (1, 2)
+
Een goederenplatform is typisch 9 mm hoog, en ligt 9 mm vanaf de hartlijn van de rail.
  
Leg dan de loc op de zij (3). Het draaipunt van de bogie zit geborgd met een stalen pen. Deze kan er met een zeer dunne schroevedraaier of een speld uitgeduwd worden. Laat de bogie uit het chassis vallen, en zorg daarbij de de bogie rechtovereind, op z'n wieltjes blijft (4). Bij sommige modellen zit het bovenste tandwiel los en kan eruit vallen. Dit wordt daarmee voorkomen.
+
Rails liggen 50 mm uit elkaar (hart-afstand). De hoogte van de rails is 3 mm, inclusief de biels en exclusief het railbed.
  
Indien mogelijk het bovenste tandwiel verwijderen. Als dit niet als vanzelf gaat, gewoon laten zitten. De enige reden is dat het niet zoek mag raken.
+
Een centraal platform is normaal 32 mm breed en 7 mm hoog. De overkapping is 27 mm hoog, inclusief de hoogte het platform. De breedte van de kap is 30 mm, 2 mm smaller dan het platform. De zijden van het platform ligt evenals bij een goederenplatform 9 mm vanaf de hartlijn van de rail.
  
Zet de bogie op z'n kop. Met een kleine schroevedraaier kan de bodemplaat losgeschoeft worden. De nieuwere modellen hebben geen schroef, maar een klikverbinding, die met een schroevedraaier geopend en uit elkaar getrokken moet worden.
+
De afmetingen zijn voor een rechte rail. Worden gebogen rails gebruikt worden de afstanden tot de rail groter, afhankelijk van de diameter van de bocht, en de gebruikte wagons. Lange D-trein wagons hebben meer ruimte nodig dan korte 2-assige goederen wagons.
 +
<br style="clear:both" />
 +
===== met bovenleiding =====
 +
===== zonder bovenleiding =====
  
Aan de andere zijde zit de bogie vast gehaakt met twee haakjes. Open de zijde van de schroef en schuif de bodemplaat naar de andere kant. Dat is maar een paar tienden van milimeters. Wees héél voorzichtig met de koppelhaak. Deze komt door deze manoeuvre los te liggen. Met een klein stootje wipt die van z'n pin, waarbij de veer kan wegschieten. Dat veertje is, indien weggeschoten, zo goed als onvindbaar.
+
===== Begrenzingen volgens NEM 102 =====
 +
Buitenafmetingen van voertuigen op rechte rails
 +
===== Begrenzingen volgens NEM 103 =====
 +
Buitenafmetingen van voertuigen op gebogen rails
 +
===== Begrenzingen volgens NEM 301 =====
 +
Buitenafmetingen van voertuigen op rechte rails met lage pantograaf
 +
===== Schema voor afmetingen op verschillende niveaus =====
  
Als de bodemplaat open is (5), liggen de wieltjes los, De andere tandwielen zitten met asjes vast. Indien gewenst kunnen deze asje verwijderd worden (gewoon eruit trekken), waardoor ook deze tandwielen loskomen.
+
==== stijgingen ====
 +
[[Bestand:Zrail steiging glooiend.png|thumb|Glooiende helling maximale stijging 4,5%]]
 +
[[Bestand:Zrail steiging volgens Märklin.png|thumb|Helling volgens Märklin specificaties, 2,5%]]
 +
[[Bestand:Zrail Steigingspiraal volgens Märklin.png|thumb|3D aanzicht van een stijgspiraal volgens Märklin specificaties, 2,5%]]
 +
[[Bestand:Zrail Steigingspiraal 4 procent zijaanzicht.png|thumb|Zijaanzicht van een 4% stijgspiraal]]
 +
[[Bestand:Zrail Steigingspiraal 4 procent.png|thumb|3D aanzicht van een 4% stijgspiraal]]
 +
Stijgingen zijn in principe niet veel anders dan bij andere schalen. Door Märklin wordt maximaal 2,5% aangehouden (mini-club-Praxis van Karl Albrecht). Bij een doorrijhoogte van 40mm geeft dit maar liefst een raillengte van 1,6 meter. Voor een Z-baantje een gigantische afstand. Een stijgspiraal wordt dan haast noodzakelijk.
  
Op foto 6 is de bogie zo goed als gedemonteerd, de koppelhaak en het beruchte veertje liggen er naast. Ook de schroef van de bodemplaat is te zien.
+
In de praktijk wordt echter de soep niet zo heet gegeten. In Z prevaleren meest de kleinere oppervlakten, waardoor ook de treinlengtes beperkt blijven. Hier van uitgaande kunnen de locomotieven stijgingspercentages van 5% bereiken. Het dubbele dus van wat aanbevolen, waardoor de raillengte gehalveerd kan worden. De kleinere locs kunnen het hiermee zwaar hebben. Het probleem is gewoonlijk de tractie. Hoe meer wielen, hoe meer tractie, net als in het echt. Z-locs hebben standaard geen antislip wielen, hoewel ze wel daarmee uitgerust kunnen worden. In de praktijk kunnen gewone e-locs met wielschema B0-B0 (8 aangedreven wielen) en 4 D-trein wagons erachter zo'n 5% helling best halen. Maak zo'n helling echter niet te lang. Het motortje krijgt wel op z'n duvel op die manier.
  
Foto 7 toont het chassis zonder de bogie. Het wormwiel dat het centrale tandwiel aandrijft is duidelijk te zien.
+
Een helling zal maar zelden precies een percentage zijn. Zorg ervoor dat je naar beneden afrond.
  
Het monteren gaat in omgekeerde volgorde. Hierbij is van belang dat de wielcontacten voordat de wieltjes geplaatst worden toegeknepen met een pincet of een zeer fijne tang. Foute montage is op dit punt te zien op foto 5: De wielcontacten zitten links aan de de verkeerde zijde van de wielflens.
+
Met antislip wielen eronder zijn veel grotere hellingen bereikbaar. Of dat goed is voor de motor op de lange duur is te betwijfelen. Een negatief effect van de antislip wielen is natuurlijk de stroomopname, altijd een heikel punt bij Z.
  
Het terugzetten van de koppeling is nog het lastigst. Let er vooral op dat het veertje er niet van tussen gaat. Let ook op de haakrichting van de koppeling. Aan de onderzijde van de koppeling zit een kleine, aangegoten, pin. Deze pin dient om het ontkoppelen met een ontkoppelrail mogelijk te maken.
+
Wat wél belangrijk is, is de aanloop naar een helling. Als de baan abrupt van horizontaal naar een helling overgaat, is het mogelijk dat precies op de knik de wagons ontkoppelen. Het is daarom beter, en ook natuurgetrouwer, om een helling geleidelijk aan te vangen: eerst 1%, de volgende rail 2%, daarna 3%, enzovoorts, totdat de maximale stijging bereikt is. Bij een stijgingsspiraal is het aan te bevelen om de aanloop buiten de spiraal te laten beginnen. De hoogte boven de spoortjes kan bij een niet te grote stijging te laag worden, zeker als bovenleiding gebruikt wordt (zie de afbeelding rechts "''3D aanzicht van een stijgspiraal volgens Märklin specificaties''". Het is natuurlijk altijd mogelijk om de spiraal te vergroten, maar dat is niet altijd een optie.
  
Voor het monteren van de bodemplaat eerst aanhaken aan de zijde van de koppeling, daarna de bodemplaat aandrukken. Als het goed is komt het schroefgat precies voor gaats. Voor het vastschroeven eerst controleren of de wielcontacten nog goed zitten. Zo niet, loshalen en weer samendrukken.
+
Overigens kloppen de door Märklin geleverde peilers niet met het aanbevolen stijgingspercentage. De [[Gebruiker:Ermindewinkel/Märklin Z-spoor hulpmateriaal#Peilers|peilers van Märklin]] geven bij gebruik van rechte rails (110mm) 3,6% stijging. Indien u toch Märklin peilers wilt gebruiken kunt u deze uiteraard inkorten tot de gewenste hoogte.
  
Tenslotte toont foto 8 de verlichting. In dit geval is het een op het chassis gemonteerde gloeilamp. Nieuwere modellen hebben LED's gemonteerd aan de binnenzijde van de behuizing. De stroomvoorziening kan gaat dan met veercontacten.
+
De afbeeldingen rechts zijn gemaakt met behulp van Wintrack 9.0 3D.
<gallery caption="Het verwijderen en openen van een bogie van de BR 103" perrow="2" widths="260" heights="100">
+
<br style="clear:both" />
Bestand:ZLoc_Eloc_behuizing_openen.png|1 Het openen van de behuizing mbv een schroevedraaier
 
Bestand:ZLoc_Eloc_zonder_behuizing.png|2 De loc zonder behuizing
 
Bestand:ZLoc_Eloc_bogie_gemonteerd.png|3 Onderzijde van de loc. Bogie nog steeds gemonteerd
 
Bestand:ZLoc_Eloc_bogie_compleet.png|4 De losse bogie in zijn geheel
 
Bestand:ZLoc_Eloc_bogie_zonder_bodemplaat.png|5 De bogie zónder bodemplaat
 
Bestand:ZLoc_Eloc_bogie_gedemonteerd.png|6 De bogie gedemonteerd, met losse koppelhaak en schroefje
 
Bestand:ZLoc_Eloc_onderzijde_zonder_bogie.png|7 Onderzijde van de loc. Bogie verwijderd
 
Bestand:ZLoc_Eloc_voorzijde_met_gloeilamp.png|8 voorzijde van de loc met gloeilamp
 
</gallery>
 
  
'''E-loc (Voorbeeld BR 460 van de SBB art.nr. 88441)'''
+
==== geluidsreductie ====
  
Hier éénzelfde serie foto's, maar dan van de modernere artnr 88441, serie 460 van de Schweizerische Bundesbahnen (SBB). Het openen van de behuizing en het losmaken van de bogie is identiek aan die van de vorige serie.
+
=== DO's and DON'Ts ===
  
De bogie hier heeft de modernere klikverbinding.
+
== Onderhoud ==
<gallery caption="Het verwijderen en openen van een bogie van de BR 460 van SBB" perrow="2" widths="260" heights="100">
+
=== Hoe sloop ik een locomotief uit elkaar? (vervanging koolborstels, lampjes, etc.) ===
Bestand:ZLoc_Eloc_88441.png|1 Model 88441 van BR 460 van de SBB
 
Bestand:ZLoc_Eloc_88441_Bogie.png|2 Losse bogie
 
Bestand:ZLoc_Eloc_88441_Bodemplaat_half_geopend.png|3 Half geopende bogie
 
Bestand:ZLoc_Eloc_88441_Opzetten_bodemplaat.png|4 De half geopende bogie op de kop. Er naast ligt het bovenste tandwiel. De haak waarmee de bodemplaat op het frame haakt is duidelijk te zien.
 
Bestand:ZLoc_Eloc_88441_Met_geopende_bodemplaat.png|5 De bogie zónder bodemplaat. Het tandwiel midden is uit z'n rechts ernaast houder gewipt.
 
Bestand:ZLoc_Eloc_88441_voorzijde_met_lichtcontacten.png|6 voorzijde van de loc met lichtcontacten. De verlichting bestaat uit LED's die in de behuizing zijn gemonteerd
 
</gallery>
 
 
 
'''Dieselloc (Voorbeeld serie 218 van de DB)'''
 
 
 
Deze locomotief is op het punt van demontage identiek aan de BR 103 art.nr. 8854. Ook deze is omgebouwd voor het digitaal rijden.
 
<gallery caption="Het verwijderen van een bogie van de BR 218 van de Deutsche Bundesbahn (DB)" perrow="2" widths="260" heights="100">
 
Bestand:ZLoc_Diesel_8878.png|1 Model 8878 van BR 218 van de DB
 
Bestand:ZLoc_Diesel_8878_Geopende_behuizing.png|2 Het chassis van de 8878
 
Bestand:ZLoc_Diesel_8878_Bogie_gemonteerd.png|3 Losse bogie van de 9978
 
Bestand:ZLoc_Diesel_8878_Voorzijde_met_gloeilamp.png|4 voorzijde van de loc met gloeilamp.
 
</gallery>
 
  
 +
== Ombouw, inbouw ==
 +
=== Hoe bouw ik verlichting in d-trein rijtuigen (heb een paar setjes van Paßmann liggen) ===
  
'''Railreinigingswagen'''
+
<br style="clear:both" />
  
== Werken in de praktijk: ==
 
*  aanbevolen gereedschap
 
Omdat Z schaal zeer klein materiaal heeft, is fijn gereedschap zeer aan te bevelen.
 
 
De hier getoonde gereedschappen zijn niet "verplicht". Zij kunnen echter wel handig zijn, net als andere, niet getoonde zaken.
 
<gallery caption="Diverse gereedschappen die van pas kunnenkomen" perrow="3" widths="200" heights="200">
 
Bestand:ZGereedschap_Diamantschijf.png|Diamantschijf (Dremel)
 
Bestand:ZGereedschap gewone slijpschijf.png|Standaard slijpschijf (Dremel)
 
Bestand:ZGereedschap Multitool (Dremel).png|Aansluitkop van multitool (Dremel)
 
Bestand:ZGereedschap_Hoofdloupe.png|Hoofdloupe met verwisselbare lenzen en koplamp
 
Bestand:ZGereedschap_Set_schroevendraaiers.png|Setje horlogemakerschroevedraaiers (Plat- èn kruiskop!)
 
Bestand:ZGereedschap soldeerbout 25W.png|Electrische soldeerbout van 25W
 
Bestand:ZGereedschap_Set_tangetjes.png|Set tangetjes
 
Bestand:ZGereedschap_Nagelgarnituur.png|Gewoon nagelgarnituurtje (pincet, vijl, schaartje, etc.)
 
Bestand:Standaard_met_loupe.png|Kleine standaard met krokodillebekjes en loupe
 
Bestand:ZGereedschap_Plakband_dubbelzijdig.png|Dubbelzijdig plakband (12mm)
 
Bestand:ZGereedschap_set_vijlen.png|Set sleutelvijlen
 
Bestand:ZGereedschap_Smeerolie.png|Smeerolie
 
</gallery>
 
 
*  locs
 
*  digitaal
 
*  toebehoor
 
*  scenery
 
*  baan
 
**  afmetingen
 
**  DO's and DON'Ts
 
 
== Onderhoud ==
 
*    Hoe sloop ik een locomotief uit elkaar? (vervanging koolborstels, lampjes, etc.)
 
*    Hoe sloop ik wissels?
 
*    Hoe sloop ik een reiswagon
 
*    Hoe sloop ik een goederenwagon
 
*    Hoe voorkom ik roest op de rails
 
== Ombouw, inbouw ==
 
*    Hoe bouw ik verlichting in d-trein rijtuigen (heb een paar setjes van Paßmann liggen)
 
*    Inkorten/ op maat maken van rails
 
 
== Zelfbouw van ==
 
== Zelfbouw van ==
 
* Brugpeilers
 
* Brugpeilers
Regel 187: Regel 106:
 
*    Mogelijk een artikel over de geschiedenis van Miniclub/Z-scale
 
*    Mogelijk een artikel over de geschiedenis van Miniclub/Z-scale
 
Deze afbeelding toont het verschil tussen een H0 en een Z locomotief  (BR 103 van de Deutsche Bahn)
 
Deze afbeelding toont het verschil tussen een H0 en een Z locomotief  (BR 103 van de Deutsche Bahn)
 +
 +
[[Bestand:Loc in luciferdoos.png|thumb|260px|left|Een locomotief van Z past letterlijk in een lucifersdoosje]]
  
  
 
<!-- Extra artikelen -->
 
<!-- Extra artikelen -->

Huidige versie van 6 apr 2013 om 09:21

In Bewerking !
Ermin

Uitbreiding geometrie

banen

Voorbeelden van banen

Werken in de praktijk:

locs

digitaal

toebehoor

scenery

Huisjes, bruggen en andere zaken worden in gelimiteerde hoeveelheden en verscheidenheid door verschillende fabrikanten geleverd. Voor meer speciaal spul in gelimiteerde oplage bestaan enkele gespecialiseerde bedrijven. Zelfbouw is een optie. 3D printen is een mogelijkheid. Een andere is het (zelf) maken van bouwplaten. Uiteraard zijn bouwplaten niet gedetailleerd, maar als detail minder belangrijk is, is het een interessante optie. In ieder geval bent u alleen gelimiteerd door uw eigen fantasie.

standaard scenery

speciale uitgaven

3D printen (commercieel)

3D printen (zelf doen)

bouwplaten (commercieel)

bouwplaten (zelf doen)

baan

afmetingen

Perron
Bovenaanzicht van een simpel perron
Dwarsdoorsnede van een typisch perron

Bovenop de grondplaat, hiernaast in rood weergegeven, komt de rail te liggen. In de tekening is geen rekening gehouden met een railbed. Dat komt er eventueel nog bij.

Een goederenplatform is typisch 9 mm hoog, en ligt 9 mm vanaf de hartlijn van de rail.

Rails liggen 50 mm uit elkaar (hart-afstand). De hoogte van de rails is 3 mm, inclusief de biels en exclusief het railbed.

Een centraal platform is normaal 32 mm breed en 7 mm hoog. De overkapping is 27 mm hoog, inclusief de hoogte het platform. De breedte van de kap is 30 mm, 2 mm smaller dan het platform. De zijden van het platform ligt evenals bij een goederenplatform 9 mm vanaf de hartlijn van de rail.

De afmetingen zijn voor een rechte rail. Worden gebogen rails gebruikt worden de afstanden tot de rail groter, afhankelijk van de diameter van de bocht, en de gebruikte wagons. Lange D-trein wagons hebben meer ruimte nodig dan korte 2-assige goederen wagons.

met bovenleiding
zonder bovenleiding
Begrenzingen volgens NEM 102

Buitenafmetingen van voertuigen op rechte rails

Begrenzingen volgens NEM 103

Buitenafmetingen van voertuigen op gebogen rails

Begrenzingen volgens NEM 301

Buitenafmetingen van voertuigen op rechte rails met lage pantograaf

Schema voor afmetingen op verschillende niveaus

stijgingen

Glooiende helling maximale stijging 4,5%
Helling volgens Märklin specificaties, 2,5%
3D aanzicht van een stijgspiraal volgens Märklin specificaties, 2,5%
Zijaanzicht van een 4% stijgspiraal
3D aanzicht van een 4% stijgspiraal

Stijgingen zijn in principe niet veel anders dan bij andere schalen. Door Märklin wordt maximaal 2,5% aangehouden (mini-club-Praxis van Karl Albrecht). Bij een doorrijhoogte van 40mm geeft dit maar liefst een raillengte van 1,6 meter. Voor een Z-baantje een gigantische afstand. Een stijgspiraal wordt dan haast noodzakelijk.

In de praktijk wordt echter de soep niet zo heet gegeten. In Z prevaleren meest de kleinere oppervlakten, waardoor ook de treinlengtes beperkt blijven. Hier van uitgaande kunnen de locomotieven stijgingspercentages van 5% bereiken. Het dubbele dus van wat aanbevolen, waardoor de raillengte gehalveerd kan worden. De kleinere locs kunnen het hiermee zwaar hebben. Het probleem is gewoonlijk de tractie. Hoe meer wielen, hoe meer tractie, net als in het echt. Z-locs hebben standaard geen antislip wielen, hoewel ze wel daarmee uitgerust kunnen worden. In de praktijk kunnen gewone e-locs met wielschema B0-B0 (8 aangedreven wielen) en 4 D-trein wagons erachter zo'n 5% helling best halen. Maak zo'n helling echter niet te lang. Het motortje krijgt wel op z'n duvel op die manier.

Een helling zal maar zelden precies een percentage zijn. Zorg ervoor dat je naar beneden afrond.

Met antislip wielen eronder zijn veel grotere hellingen bereikbaar. Of dat goed is voor de motor op de lange duur is te betwijfelen. Een negatief effect van de antislip wielen is natuurlijk de stroomopname, altijd een heikel punt bij Z.

Wat wél belangrijk is, is de aanloop naar een helling. Als de baan abrupt van horizontaal naar een helling overgaat, is het mogelijk dat precies op de knik de wagons ontkoppelen. Het is daarom beter, en ook natuurgetrouwer, om een helling geleidelijk aan te vangen: eerst 1%, de volgende rail 2%, daarna 3%, enzovoorts, totdat de maximale stijging bereikt is. Bij een stijgingsspiraal is het aan te bevelen om de aanloop buiten de spiraal te laten beginnen. De hoogte boven de spoortjes kan bij een niet te grote stijging te laag worden, zeker als bovenleiding gebruikt wordt (zie de afbeelding rechts "3D aanzicht van een stijgspiraal volgens Märklin specificaties". Het is natuurlijk altijd mogelijk om de spiraal te vergroten, maar dat is niet altijd een optie.

Overigens kloppen de door Märklin geleverde peilers niet met het aanbevolen stijgingspercentage. De peilers van Märklin geven bij gebruik van rechte rails (110mm) 3,6% stijging. Indien u toch Märklin peilers wilt gebruiken kunt u deze uiteraard inkorten tot de gewenste hoogte.

De afbeeldingen rechts zijn gemaakt met behulp van Wintrack 9.0 3D.

geluidsreductie

DO's and DON'Ts

Onderhoud

Hoe sloop ik een locomotief uit elkaar? (vervanging koolborstels, lampjes, etc.)

Ombouw, inbouw

Hoe bouw ik verlichting in d-trein rijtuigen (heb een paar setjes van Paßmann liggen)


Zelfbouw van

  • Brugpeilers
  • Bedding
  • Opritten en bruggen
  • railbedding

Digitaal

  • Het inbouwen
  • Het gebruik van digitale besturing (Ik gebruik zelf Rautenhaus)

Andere makers

  • Overeenkomsten en verschillen met Microtrains, Rokuhan en anderen (Dit zal mogelijk enige reclame kunnen bevatten.)
  • Scenery van Faller, Noch, Kibri en anderen
  • Bruggen
  • Seinen

achtergronden

Model van een locomotief van type BR 103 van de Deutsche Bahn. De achterste lok is schaal H0, daarvoor staat dezelfde lok in schaal Z.
  • Mogelijk een artikel over de geschiedenis van Miniclub/Z-scale

Deze afbeelding toont het verschil tussen een H0 en een Z locomotief (BR 103 van de Deutsche Bahn)

Een locomotief van Z past letterlijk in een lucifersdoosje