Bouwserie 24: verschil tussen versies

Uit 3rail Wiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(syntax aanpassing "Gallery")
Regel 116: Regel 116:
 
</small>
 
</small>
  
 +
{| class="toccolours" style="font-size:85%; margin-top:1em; margin-bottom:-0.5em; border: 1px solid #aaa; padding: 5px; clear: both; width:100%;"
 +
|
 +
== <sup>Bronnen, Referenties en/of Voetnoten</sup> ==
 +
<sup><references></references></sup>
 +
 +
|}
 +
 +
 +
{{Navigatie-grootspoor-db}}
 
----
 
----
 
[[Categorie:Stoomlocs]]
 
[[Categorie:Stoomlocs]]

Versie van 13 mei 2014 20:26

Baureihe 24
Baureihe 24 009 Sulingen 1972
Spoorwegmij's

DR
PKP

Bedrijfsnummers

DR: 24 001 – 24 095
PKP: Oi 2
DR: 37.1

Fabrikanten

Borsig
Hanomag
Henschel
Krupp
Linke-Hofmann
Schichau

Aantal gebouwd 95 stuks
Bouwjaren 1928 - 1940
Asvorm 1'C h2
Wiel-diameters:

Drijfwielen:∅ 150 cm
Voorloop:∅ 85 cm

Lengte loc.inclusiefl. tender 16.955 mm
Keteldruk 14 kg/cm2
Verdampingsoppervlak 104,48 m2
Dienstgewicht 57,4 t
Vermogen: 676 kW
Max.snelheid 90 km/h
Uitdienst 1972

Stoomlocomotief Baureihe 24

Ontwikkeling en Bedrijf

De Deutsche Reichsbahn concentreerde zich in de eerste jaren na de oprichting vooral op de hoofdlijnen. Daarom waren vooral de grotere en snellere stoomlocs van de Länderbahnen overgenomen. Vanaf 1925 werd echter ook steeds meer op locale lijnen gewerkt en daarvoor waren nieuwe locs nodig. Het belangrijkste bij deze nieuwbouw was dat (reserve-) onderdelen gestandaardiseerd werden, zodat onderhoud en reparatie sneller en goedkoper konden verlopen.

Van dit type locomotief zijn er tussen 1928 en 1939 95 gebouwd. De eerste exemplaren kwamen uit de fabrieken van Schichau en Linke-Hofmann, later hebben ook andere firma's zoals Krupp en Borsig de locs gebouwd. In Oost en West Pruisen kreeg de locomotief de bijnaam „Steppepaard”.

Na de oorlog nam de Deutsche Bundesbahn 47 locomotieven over. Deze werden tussen 1960 en 1966 uitgerangeerd. De laatste was de 24 067 en werd in augustus 1966 in Rheydt buitendienst gesteld. In Oost Duitsland werden 5 locs ondergebracht bij de DR. Deze hadden de nummers 24 002, 004, 009, 021 und 030. In de DDR werd nog tot 1968 met deze locs gereden. Tot slot gingen na de oorlog 34 locomotieven naar Polen, waar ze de typeaanduiding Oi 2 kregen. In Polen hebben ze tot 1976 dienst gedaan. De Oi 2-29 (voormalig 24 092) was de laatste.

Er zijn nog 4 exemplaren van de Baureihe 24 bewaard gebleven: de 24 004, 24 009 en 24 083 in Duitsland en de voormalige 24 092 in Polen.

Bronnen:


Waar zijn deze locomotieven nog te zien?

Nog te bewonderen locomotieven van de Baureihe 24
Bedrijfsnr. Land Plaats Eigendom Website Bijzonderheden
24 004 Duitsland Dresden Verkehrsmuseum Dresden website Verkehrsmuseum Dresden Museum lok (niet bedrijfsvaardig)
24 009 Duitsland BW - Gelsenkirchen-Bismarck Eisenbahn Kurier - Niet bedrijfsvaardig
24 083 Duitsland BW - Loburg DBG Hildesheim Dampfzug-Betriebs-Gemeinschaft e.V Niet bedrijfsvaardig (Reparatie) Ex PKP Oi2-22
Oi 2-29 Polen Zajączkowo Tczewskie Als Monument foto van deze locomotief Niet bedrijfsvaardig

Bijzonderheden/Opmerkingen

Literatuur

  • Hansjürgen Wenzel: "Die Baureihe 24". Die kleinste Einheits-Schlepptenderlok. EK-Verlag, Freiburg 2004, ISBN 3-88255-124-0

Externe Verwijzingen

Diverse Stoomlocs Baureihe 24

Modellen

HO-Modellen in deze Bouwserie 24

Bronnen, Referenties en/of Voetnoten


Duitsland.gif
Grootspoor rijdend materieel Duitsland
Stoomlocomotieven: 01 - 01.10 - 02 - 03 - 03.10 - 05 - 10 - 15 Bayerische S 2/6 - 17 - 18.1 Württembergische C - 18.3 Badische IV h - 18.4 Bayerische S 3/6 - DR 18 201 - 19 - 23 - 24 - 34 (Reihe B VI) - 38 (P8) - 41 - 42 - 42.90 - 43 - 44 - 45 - 50 - 52 - 52.80 - 53 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 61 - 62 - 64 - 65 - 66 - 73 - 74 - 75 - 78 (T18) - 79 - 80 - 81 - 82 - 85 - 86 - 89 - 89.70-75 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 98 (PtL 2/2) - 98.7 (Bay.BB II) - 99 - Länderbahn
Diesellocomotieven: V36 (236) - V60 (260/360-365) - V65 - V80 (280) - V90 - V100 - V120 - V140 - V160 (210/216/218) - V162 (217) - V188 (288) - V200 (220/221) - 232 (DR V130/132) - 245 - 246 - 247 - 253/ER 20 - 285 - 323 (Köf II) - 331/335 (Köf III) - DH 500 Ca - DHG 500 - DHG 700 - MaK DE 1002 - MaK G 1203 - MaK G 1205 BB - MaK G 1206
Accumulator-locomotieven: Ka/Ks
Elektrische locomotieven: E03/103 - E04/104 - E10/110 - E11/211 (DR) - E17/117 - E18/118 - E19/119 - E32/132 - E36 / EP3/6 - E40.11/139 - E40/140 - E41/141 - E42/242 (DR) - E44/144 - E50/150 - E52 - E60/160 - E63/163 - E69/169 - E70/EG2 - E75/175 - E 80 (DR) - E91/191 - E93/193 - E94/194 - E410/184 - 101 - 111 - 120 - 128 - 143 - 146 - 151 - 152 - 180 - 182 - ES64U4 -185 - 186 - 187 - 189 - 193 - 230
Treinstellen (stoom): DW/CiDT
Treinstellen (accu): 515
Treinstellen (diesel): 601 (VT11.5) - 605 (ICE-TD) - 608.8 (VT08.8) - 610 (Pendolino) - 611 - 612 (Regio Swinger) - 613 (VT08.5-VT12.6) - 614 - 620 (LINT 81) - 622 (LINT 54) - 624/634 VT24 - 626 (NE81) - 627 - 628 - 640 (LINT 27) - 648 (LINT 41) - 642 (Siemens Desiro Classic) - 690-691 (Cargosprinter) - 701 (VT55) - 771-772 (VT2.09) - 795/798 (VT95/VT98) - VT04/SVT137 (Vliegende Hamburger) - VT10.5 - VT12.5 (BR 612) - VT89/VT133 (Wismarer Schienenbus) - VT 859 - Schienenzeppelin
Treinstellen (elektrisch): 401ICE1 - 402ICE2 - 403ICE3 - 403.0Donald Duck - 406ICE-3MF - 420 - 422 - 423 - 424 - 425 - 426 - 427 ET27 - 429 - 430 - 430.1 ET30 - 440 - 442Talent 2 - 475 ET 165/ET 275 -485 ET 85 - ET 87 - 491 ET91 - 517 ETA 176 - ET 194