Gebruiker:Ermindewinkel/Kladblok: verschil tussen versies
k (→Onderhoud) |
|||
Regel 138: | Regel 138: | ||
=== Hoe sloop ik een locomotief uit elkaar? (vervanging koolborstels, lampjes, etc.) === | === Hoe sloop ik een locomotief uit elkaar? (vervanging koolborstels, lampjes, etc.) === | ||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
=== Hoe voorkom ik roest op de rails === | === Hoe voorkom ik roest op de rails === |
Versie van 11 mrt 2013 23:09
In Bewerking ! |
---|
Mogelijke nieuwe pagina's
Mogelijke nieuwe help-klasse
How to's: (Hoe doe ik dit)
Uitbreiding geometrie
banen
Voorbeelden van banen
Werken in de praktijk:
- aanbevolen gereedschap
Omdat Z schaal zeer klein materiaal heeft, is fijn gereedschap zeer aan te bevelen.
De hier getoonde gereedschappen zijn niet "verplicht". Zij kunnen echter wel handig zijn, net als andere, niet getoonde zaken.
locs
digitaal
toebehoor
Het gebruik van seinen in de praktijk
De seinen van Märklin Z zijn volgens de seinbeelden van de Deutsche Bundesbahn Epoche III uitgevoerd.
Lichthoofdsein 8939
Het lichthoofdsein is een lichtsein dat in principe alleen bestaat uit twee lampjes.Het kan dus geen blokken besturen. Blokbesturing kan alleen in samenwerking met een relais of als onderdeel van een digitale structuur, waarbij het sein alleen als repeater dienst doet. Het seinbeeld geeft Hp0 en Hp1 weer, rood of groen. Technisch is het mogelijk (twee lampjes) om ze allebei te laten branden, maar dat heeft als seinbeeld geen functie. In de praktijk zult u op uw eigen manier een bloksysteem moeten maken, waarbij het lichthoofdsein alleen maar weergeeft wat de stand is.
Omdat de lampjes in de voet van het sein gemonteerd zijn, wil het licht nog wel eens door de kieren schijnen. Bij installatie kan het wijs zijn om de voet af te dekken, of om de kieren te dichten.
Monteren is voorzien door middel van schroeven, 1,2mm diameter en bij voorkeur een lenskop. Hiervoor is aan de voor en achterzijde van de voet een oog aangebracht.
Voor natuurgetrouw afwerken kan dit oog worden verwijderd, of, als u het sein intact wilt laten, kan de onderzijde worden afgedekt met bijvoorbeeld papier. Bijkomend voordeel hiervan is dat tegelijk ook het doorschijnen wordt vermeden en tegelijk de draadjes zijn weggewerkt.
In de foto rechts brandt de groene lamp. Nabij de groene kabel aan de voet kunt u het licht zien doorschijnen.
Armhoofdsein 8940
In tegenstelling tot het lichthoofdsein 8939 kan het armhoofdsein 8940 wel een blok stroomloos maken. Natuurgetrouw afremmen kan dan via een remdiode, zoals gebruikelijk bij analoge gelijkstroom banen. Als er geen remdiode gebruikt wordt komt de loc abrupt tot staan op het moment dat het blok bereikt wordt.
Omdat de lamp in de voet van het sein gemonteerd is, wil het licht nog wel eens door de kieren schijnen. Bij installatie kan het wijs zijn om de voet af te dekken, of om de kieren te dichten.
Hier rechts een foto van het armsein, zowel in open als gesloten toestand. Duidelijk is te zien hoe het licht door de kieren van de grondplaat schijnt.
Monteren is voorzien door middel van schroeven, 1,2mm diameter en bij voorkeur een lenskop. Hiervoor is aan de voor en achterzijde van de voet een oog aangebracht.
Voor natuurgetrouw afwerken kan dit oog worden verwijderd, of, als u het sein intact wilt laten, kan de onderzijde worden afgedekt met bijvoorbeeld papier. Bijkomend voordeel hiervan is dat tegelijk ook het doorschijnen wordt vermeden en tegelijk de draadjes zijn weggewerkt.
Het gebruik van ontkoppelrails in de praktijk
Märklin levert onder 8587 een ontkoppelrail. Tweedehands is soms ook de 8597 verkrijgbaar. De 8587 heeft een lengte van 55 mm, oftewel een halve standaard rail lengte. De 8597 heeft een lengte van 110 mm, een standaard lengte.
Aansluiting
De ontkoppelrail wordt aangesloten als een gewone rail, bij voorkeur in een recht baanvak. De reden is dat kort na een bocht de wagons nog een ietsje scheef staan. Hierdoor is het mogelijk dat het pinnetje van de koppeling niet goed over het mechanisme rijdt, en daarmee de boel niet ontkoppelt.
De rail kan met de hand en elektromagnetisch bediend worden. Elektromagnetisch heeft de sterke voorkeur. Reden is de zeer korte afstand van de handbediening tot de rail. Je duwt maar zo een wagon uit de rails. Voor elektromagnetische bediening moeten de draadjes van de rail via een schakelaar aangesloten worden op de lichtaansluiting van de trafo (zie afbeelding links). De schakelaar kan elke mogelijke vorm hebben: relais, handschakelaar, reedcontact of via een electronisch schakelbord of een computer.
Werking
Door op de schakelaar te drukken bekrachtigt u de spoel in de zwarte behuizing van de rail. Hierdoor wordt een veerbelast anker aangetrokken. Door de beweging gaat het pennetje op het huis naar achteren en komt het grijze platform tussen de rails omhoog (foto 2).
Als de wagons over de rail rijden wordt door het profiel in het platform de pin aan de onderzijde van de koppeling naar stuurboord gedwongen. Hierdoor opent de koppeling. Door de hobbeltjes na het scheve gedeelte wordt de gesleepte wagon door datzelfde pinnetje gestopt (foto 3).
Dit werkt uitsluitend als de wagons gesleept worden. Als de wagons worden geduwd haken zij na passage weer in.
De toleranties zijn erg klein, waardoor de procedure erg gevoelig is. Er hoeft maar iets te gebeuren, en dat komt regelmatig voor, en er wordt niet ontkoppeld. In dat geval moet de procedure herhaald worden tot het pinnetje wel goed over het platform komt.
Om dezelfde reden is het beter om de ontkoppelrail tussen twee rechte rails of de tegenboog 8591 te zetten. Hierdoor wordt de kans dat de koppeling goed over de ontkoppelrail komt groter.
scenery
baan
afmetingen
met bovenleiding
zonder bovenleiding
Begrenzingen volgens NEM 102
Begrenzingen volgens NEM 301
stijgingen
Stijgingen zijn in principe niet veel anders dan bij andere schalen. Door Märklin wordt maximaal 2,5% aangehouden (mini-club-Praxis van Karl Albrecht). Bij een doorrijhoogte van 40mm geeft dit maar liefst een raillengte van 1,6 meter. Voor een Z-baantje een gigantische afstand. Een stijgspiraal wordt dan haast noodzakelijk.
In de praktijk wordt echter de soep niet zo heet gegeten. In Z prevaleren meest de kleinere oppervlakten, waardoor ook de treinlengtes beperkt blijven. Hier van uitgaande kunnen de locomotieven stijgingspercentages van 5% bereiken. Het dubbele dus van wat aanbevolen, waardoor de raillengte gehalveerd kan worden. De kleinere locs kunnen het hiermee zwaar hebben. Het probleem is gewoonlijk de tractie. Hoe meer wielen, hoe meer tractie, net als in het echt. Z-locs hebben standaard geen antislip wielen, hoewel ze wel daarmee uitgerust kunnen worden. In de praktijk kunnen gewone e-locs met wielschema B0-B0 (8 aangedreven wielen) en 4 D-trein wagons erachter zo'n 5% helling best halen. Maak zo'n helling echter niet te lang. Het motortje krijgt wel op z'n duvel op die manier.
Een helling zal maar zelden precies een percentage zijn. Zorg ervoor dat je naar beneden afrond.
Met antislip wielen eronder zijn veel grotere hellingen bereikbaar. Of dat goed is voor de motor op de lange duur is te betwijfelen. Een negatief effect van de antislip wielen is natuurlijk de stroomopname, altijd een heikel punt bij Z.
Wat wél belangrijk is, is de aanloop naar een helling. Als de baan abrupt van horizontaal naar een helling overgaat, is het mogelijk dat precies op de knik de wagons ontkoppelen. Het is daarom beter, en ook natuurgetrouwer, om een helling geleidelijk aan te vangen: eerst 1%, de volgende rail 2%, daarna 3%, enzovoorts, totdat de maximale stijging bereikt is. Bij een stijgingsspiraal is het aan te bevelen om de aanloop buiten de spiraal te laten beginnen. De hoogte boven de spoortjes kan bij een niet te grote stijging te laag worden, zeker als bovenleiding gebruikt wordt (zie de afbeelding rechts "3D aanzicht van een stijgspiraal volgens Märklin specificaties". Het is natuurlijk altijd mogelijk om de spiraal te vergroten, maar dat is niet altijd een optie.
Overigens kloppen de door Märklin geleverde peilers niet met het aanbevolen stijgingspercentage. De peilers van Märklin geven bij gebruik van rechte rails (110mm) 3,6% stijging. Indien u toch Märklin peilers wilt gebruiken kunt u deze uiteraard inkorten tot de gewenste hoogte.
De afbeeldingen rechts zijn gemaakt met behulp van Wintrack 9.0 3D.
geluidsreductie
DO's and DON'Ts
Onderhoud
Hoe sloop ik een locomotief uit elkaar? (vervanging koolborstels, lampjes, etc.)
Hoe voorkom ik roest op de rails
Het gebeurt erg frequent dat de locs op een Z-baantje hortend en of onregelmatig lopen. In bijna alle gevallen ligt dit aan roestvorming, en vaker nog vuil, op de rails. De volgende methoden zijn voornamelijk gecompileerd uit het forum 3-rail Z-spoor Het tooltje hiernaast bestaat uit een handvat met een metalen staaf, met daaraan een stukje plat gesoldeerd. Op dit plat is een doekje geplakt, zodanig dat het doekje te vervangen is. Helemaal mooi is als het (wasbare) doekje als een sok over het plat past. Met een tooltje als dit kunnen ook de wat moeilijk bereikbare delen gepoetst worden.
Lapje met wasbenzine
Wasbenzine kan ook gebruikt worden om de draaiende onderdelen van loks schoon te maken. Wees hier echter voorzichtig mee. Niet alles in wasbenzine bestendig. Tegelijk poetsen verwijderd ook het niet opgeloste vuil.
Geleidende olie
Gebruik een lapje of een wattenstaafje om de rails te olieën. Spaarzaam gebruiken. Teveel olie kan zich ophopen in de loks. Deze kunnen dan problemen krijgen met de koolborstels en zelfs de electronica (in geval van digitaal rijden)
Railreiniginglocomotief 8802
Dit is één van de oplossingen van Märklin. Het werkt door een sneller (2×) ronddraaiend getand wieltje voor elke rail, waarmee het vuil weggeschraapt wordt. Nadeel uiteraard is dat je extra slijtage op de rails krijgt. Verder lopen deze lokjes niet zo makkelijk over een baan. Vooral met wissels hebben ze nog wel eens moeite. De schraapwieltjes moeten regelmatig met een speld worden uitgekrabt of met wasbenzine of ultrasoonreiniger worden schoongemaakt.
Railreinigingswagen 86501
Dit is een andere oplossing van Märklin. Onder de wagen is een verend poetsertje gemonteerd. Deze wil nog wel eens blijven haken op wisseltongen en als de rails wat minder goed aansluiten. Er worden twee extra pads meegeleverd. Deze zijn relatief eenvoudig te vervangen.
Geen schuurpapier of schuurblokje
Gebruik beslist geen schuurmiddelen. De rails zijn van vernikkeld staal. Als de nikkellaag weggeschuurd wordt ben je verder van huis. In het ergste geval zul je de rails moeten vervangen.
Ombouw, inbouw
Hoe bouw ik verlichting in d-trein rijtuigen (heb een paar setjes van Paßmann liggen)
Inkorten/ op maat maken van rails
Om verschillende redenen kan het nodig zijn om rails in te korten. Meestal zal dit echter zijn voor het gebruik met flexrails. Als een flexrail gebogen wordt zal de binnenbocht korten moeten zijn, bijvoorbeeld, of de rail is simpelweg te lang.
Benodigdheden
- slijpschijf (diamantschijf)
- (sleutel)vijl
- stalen railmoffen uit setje 8954
- fijne tang met (zeer) smalle bek
Procedure
Slijp met een fijne slijpschijf, bijvoorbeeld een diamantschijf, de rail op de juist maat door. Verwijder indien nodig/gewenst een deel van de plastic dwarsliggers. Dit kan nodig zijn om de mof goed op te schuiven.
Werk met vijl of slijpschijf (met de vijl duurt wat langer maar je kunt fijner werken) het uiteinde van de railstaaf taps toe (zie foto links). Hierdoor is het opschuiven van de mof wat minder lastig.
De mof komt zeer strak om de railstaaf. Zorg ervoor tijdens het opschuiven niet teveel kracht te zetten. de moffen vouwen zo dubbel, en dan is hij waardeloos geworden. Eventueel de mof een beetje oplossen, en naderhand weer terugbuigen. De mof heeft aan weerszijden een uitsparing (zie foto rechts) waar de klem van de dwarsligger in hoort te vallen.
Bij het inkorten gaat uiteraard het klem-mechanisme onder de rail (zie foto links) verloren.
Deze verbinding is echter nooit zo strak als het origineel. Vaak schuift de mof weer af, of blijft aan de verkeerde rail hangen. Zie ook het isoleren van rails
Zelfbouw van
- Brugpeilers
- Bedding
- Opritten en bruggen
- railbedding
Digitaal
- Het inbouwen
- Het gebruik van digitale besturing (Ik gebruik zelf Rautenhaus)
Andere makers
- Overeenkomsten en verschillen met Microtrains, Rokuhan en anderen (Dit zal mogelijk enige reclame kunnen bevatten.)
- Scenery van Faller, Noch, Kibri en anderen
- Bruggen
- Seinen
achtergronden
- Mogelijk een artikel over de geschiedenis van Miniclub/Z-scale
Deze afbeelding toont het verschil tussen een H0 en een Z locomotief (BR 103 van de Deutsche Bahn)