Van Snellopers en Sprinters – Een eeuw spoorwegervaringen

Uit 3rail Wiki
Versie door Treinsmurf (overleg | bijdragen) op 15 mrt 2021 om 20:17
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Van Snellopers en Sprinters
Een eeuw spoorwegervaringen
Van-snellopers-en-sprinters.jpg
Gegevens:
Titel: Van Snellopers en Sprinters
Ondertitel: Een eeuw spoorwegervaringen
Schrijver: Hans Kaas
Uitgever: Uquilair BV
ISBN-10: ISBN 9071513424
ISBN-13: ISBN 9789071513428
Bladzijden: 216
Bindwijze: Hardcover
Leverbaar: Nee
Taal: Nederlands

Recensie

Hans Kaas stamt uit een echte spoorfamilie. Voor het schrijven van dit boek kon hij gebruik maken van herinneringen van zijn vader en zijn beide grootvaders. Ook 3 collega’s leverden verhalen aan. Verhalen uit een periode van 3 generaties treinmachinisten. Door mensen uit de praktijk aan het woord te laten ontstaat een sfeerbeeld, geen volledig historisch beeld. Maar dat is vanaf het begin nooit de opzet geweest van dit boek. Het boek is verdeeld in hoofdstukken die elk 10 jaar beschrijven en begint in 1900. Het 10e en laatste hoofdstuk beschrijft het decennium 1990-2000. Daarna volgt nog een bladzijde met vaktermen en afkortingen.

Dat het leven van locpersoneel geen saai leven van 8 tot 5 is, bewijzen de tientallen verhalen die zijn opgetekend uit de monden van deze 6 machinisten. Serieuze belevenissen zoals ongelukken, een zelfmoord en beschietingen vanuit de lucht in de 2e Wereldoorlog worden afgewisseld met anekdotes. Zo is er bijvoorbeeld het verhaal van een ontsnapte inbreker die ’s nachts meerijdt op de loc van een goederentrein (overigens met toestemming van de meester). Hoe dat afliep? Wat dacht je van het verhaal van de Plan U (een dieselpassagierstrein) die met de passagiers aan boord als trekkracht wordt gebruikt om een gestrande goederentrein naar een station te slepen, zodat de baan weer vrij is? De verhalen worden afgewisseld met dienstvoorschriften en uitleg van bepaalde procedures die gevolgd moeten worden, alsmede over systemen. Verschillende loctypen krijgen wat extra aandacht: hoe ze bij de NS terechtkwamen, hoe en waar ze ingezet werden en wat de ervaring van het personeel met dit materieel was.

Naar mijn idee zou “Van Snelloper tot Sprinter” eigenlijk een betere titel voor dit boek zijn, omdat er een kleine eeuw spoorwegervaring in dit boek opgetekend staat.