Bouwserie NS 1000
Bouwserie NS 1000
De serie is de eerste elektrische locomotief van de Nederlandse Spoorwegen. De loc is afgeleid van het Zwitserse type Ae 4/6, aangepast naar Nederlandse omstandigheden. De eerste bestellingen voor de serie 1000 vonden plaats in 1942 bij de Zwitserse locomotievenfabriek te Oerlikon. Door oorlogsomstandigheden kon deze bestelling niet geleverd worden.
Na de bezetting en de daaropvolgende oorlog, tot 1945 was het Nederlandse Spoorweg net zo dusdanig beschadigd dat er een tekort was aan materieel. In het kader van de modernisatie van het spoorwegennet, bestelde de NS alsnog haar serie 1000 en in 1947 en 1948 werden de eerste 3 locomotieven in Zwitserland gebouwd. De 1004-1010 werden in 1949 in licentie door Werkspoor te Utrecht gebouwd. Vanaf 1948 kwamen de locs in dienst in het reizigersvervoer, met een maximumsnelheid van 160 kilometer per uur. Helaas bleken de 1000en niet geschikt voor de maximumsnelheid van 160 kilometer per uur, met gevolg dat deze werd verlaagd naar 100 kilometer per uur, met als gevolg dat de locs vanaf 1954 alleen nog maar in het goederenverkeer reden. In de jaren '70 werden de locs alsnog aangenomen voor enkele reizigersdiensten, waaronder de wintersporttreinen naar Oostenrijk en Zwitserland.
De locs waren oorspronkelijk in het Olijfgroen afgeleverd, later werd dit Pruisisch blauw met een zandgele sierstreep. Vanaf 1975 werden de locs beneden de rivieren gehouden, omdat ze ontzettend storingsgevoelig waren, en zo dichterbij de onderhoudsplaats Tilburg waren. Overigens werd zo het machinistenkorps dat dienst deed op de 1000en klein gehouden. Na 34 jaar dienst, werden de locs uit dienst gehaald, door de instroom van de nieuwe 1600en.
Tegenwoordig, is dankzij de Stibans de 1010 bewaard gebleven in Het Spoorwegmuseum in Utrecht, zij het, in niet-rijvaardige staat.