Deutsche Schlafwagen- und Speisewagengesellschaft

Uit 3rail Wiki
Versie door Treinsmurf (overleg | bijdragen) op 11 apr 2020 om 20:41 (→‎Geschiedenis)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Deutsche Schlafwagen- und Speisewagengesellschaft
Commons-Mitropa-Logo-1928.svg.png
Land Duitsland.gif: Duitsland
Opgericht 1950
Opgeheven 1994
Hoofdkantoor Frankfurt am Main
Spoor lengte nvt

Deutsche Schlafwagen- und Speisewagengesellschaft

De Deutsche Schlafwagen- und Speisewagengesellschaft (later Deutsche Service-Gesellschaft der Bahn, afgekort DSG) was een dochteronderneming van de Deutsche Bundesbahn met haar hoofdkantoor in Frankfurt am Main, die in 1950 voortkwam uit de MITROPA-infrastructuur in West-Duitsland. Het bestond tot 1994 en werd vervolgens samengevoegd met MITROPA AG, dat onder zijn naam in de DDR bleef bestaan.

Geschiedenis

Door de opdeling van Duitsland in vier bezettingszones in 1945 waren ook aanpassingen in de spoorsector noodzakelijk. In Frankfurt am Main werd in 1945 een spoorwegdirectie West opgericht van MITROPA, voor de Amerikaanse en Franse bezettingszones. In Hamburg-Altona werd de spoorwegrijtuig- en slaapwagonoperatie opgezet voor de Britse bezettingszone. Na de oprichting van de Deutsche Bundesbahn zijn beide bedrijven gefuseerd onder de naam Deutsche Schlafwagen- und Speisewagengesellschaft. Het werd op 1 april 1950 officieel in gebruik genomen. Het bedrijf had 118 slaaprijtuigen, 88 restauratierijtuigen, 50 keukenrijtuigen en zeven rijtuigen uit de Rheingold. Een groot deel was niet operationeel vanwege oorlogsschade. Naast het opknappen van de inventaris werden er ook tijdelijke restauratiewagens opgesteld. Vanaf 1953 schafte de Deutsche Bundesbahn ook de eerste nieuwbouw rijtuigen met een eetgedeelte aan, die werden beheerd door de DSG. De eerste nieuwe slaaprijtuigen werden al in 1950 aangeschaft, maar waren nog steeds gebaseerd op een vooroorlogse constructie. In 1953 werd de eerste 26,4 meter-versie van de slaapwagen gepresenteerd. In 1962 werden volledige restauratiewagens op basis van het UIC-X-rijtuig gekocht voor de Rheingold, ze hadden een keuken met twee verdiepingen en werden als "Buckelspeisewagen" bekend. Vanaf 1965 werden voor de rest van het verkeer nieuwe restauratiewagens aangeschaft met één verdieping, maar 27,5 m lang.

De DSG bediende, slaaprijtuigen, restauratierijtuigen evenals de halve-restauratierijtuigen, buffetrijtuigen en barrijtuigen van de Deutsche Bundesbahn, de treinen van de Amerikaanse troepen in Duitsland, de Duitse veerbootlijnen van de Vogelfluglinie en de restaurants op vele treinstations in West Duitsland (inclusief het West-Berlijnse restaurant in Bahnhof Zoo). Er waren ook bedrijfswagens, die vaak werden gehuurd voor bedrijfs- en soortgelijke excursies, en de InterCityHotels die in de jaren tachtig werden gebouwd en nu deel uitmaken van de Steigenberger Groep. Het gebruikte wagenmateriaal was grotendeels afkomstig uit de vooroorlogse periode en de jaren zestig. In de jaren zeventig werden als proef zelfbedienings restauratiewagens (Quick-Pick) gebruikt.

Tot 1955 beperkte de DSG zich tot het verkeer in het DB-gebied. In 1954 werd het internationale verkeer ook geregeld in een overeenkomst met de Compagnie Internationale des Wagons-Lits. Sindsdien heeft de DSG ook internationaal verkeer bediend, met name richting Scandinavië, Oostenrijk en Zwitserland.

In 1966 nam de DB de restauratiewagens over van de DSG, die vanaf dat moment alleen nog verantwoordelijk was voor het beheer. In 1974 werden ook de slaaprijtuigen overgenomen en geïntegreerd in de Europese slaaprijtuigenpool TEN, waarbij het beheer bij de DSG bleef.

De zogenaamde minibar werd gebruikt in treinen zonder restauratierijtuig. Dit waren kleine, mobiele verkoopbusjes waar passagiers warme en koude dranken, warme worsten, verpakt brood, snacks en snoep konden inslaan. De wagens werden bij het thuisstation geladen en konden bij langere tussenstops of bij het bestemmingsstation door de verkopers bij de respectievelijke DSG-depots worden gevuld.

Juridisch gezien fuseerden DSG en MITROPA in 1994, evenals Deutsche Bundesbahn (DB) en de Deutsche Reichsbahn (DR). Gezien de aanzienlijke activa van MITROPA fuseerde DSG tot MITROPA. Daarmee was de DSG een van de weinige West-Duitse bedrijven die werd 'opgeslokt' door een voormalig DDR-bedrijf.

Logo's van de DSG

Tot 1971 bleef de DSG het vooroorlogse Mitropa-logo gebruiken, bestaande uit een gestileerde "M" met een adelaarskop boven een vierspaaks wiel in een ovaal frame, in de volksmond bekend als de "diepvriesgans". Het ontwerp van de eigen rijtuigen van DSG was aanvankelijk gebaseerd op de oude MITROPA, inclusief een speciaal voor MITROPA ontworpen lettertype, het "Schulpig-lettertype" van Karl Schulpig. De basiskleur van de rijtuigen veranderde in de loop van de jaren 50 van RAL 3003 robijnrood naar donkerder RAL 3004 paars. Deze laatste kleur was begin jaren zeventig ook de exclusieve kleurcode voor slaap- en restauratiewagens in experimentele popschilderingen.

Vanaf 1971 verscheen een moderner logo in de vorm van een vierkant klaverblad. Deze was ook verbonden aan de eigen slaaprijtuigen van de DSG. De modernere rijtuigen kwamen in de loop van de jaren zeventig in de slaaprijtuigenpool TEN terecht en kregen volgens internationale normen "Trans Euro Night" -opschriften, maar behielden aanvankelijk de paarse basiskleur en werden later opnieuw gespoten met kobaltblauw. De DSG gebruikte het klaverblad tot aan de (hereniging) met MITROPA.


Bronnen:wikipedia[1]

Verwijzingen

Intern

Extern

Bronnen, Referenties en/of Voetnoten