Bouwserie 03

Uit 3rail Wiki
Versie door Jos (overleg | bijdragen) op 14 dec 2012 om 12:58
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Baureihe 03
Baureihe 03 – Techniek museum Speyer
Spoorwegmij's

DB
DR
PKP

Bedrijfsnrs. 03 001 - 298
Fabrikanten

Borsig
Schwartzkopff
BMAG
Krupp

Aantal gebouwd 298 st.
Bouwjaren 1930 - 1939
Asvorm 2'C1' h2
Wiel-diameters:

Drijfwielen:∅ 200 cm
Voorloop:∅ 85 cm (03 001/162)
Voorloop:∅ 100 cm (03 163/298)
Achterste:∅ 125 cm

Lengte loc.incl.tender 23.905 mm
Keteldruk 16 kg/cm2
Verdampingsoppervlak

201,96 m2 (koperen vuurkist)
203,15 m2 (stalen vuurkist)

Dienstgewicht

99,6 t (03 001 - 122)
100,3 t (03 123 - 298)

Vermogen: 1450 kW
Max.snelheid

120 km/h (03 001 - 162)
130 km/h (03 163–298)
50 km/h achterwaarts

Uitdienst 1972
Baureihe 03.10
BR03.10 - Pm 3-5 als Pm 3-3 van Museum Kolejnictwa te Warschau
Spoorwegmij's

DB
DR
PKP
RZD

Bedrijfsnummers

03 1001 – 1022
03 1043 – 1060
03 1073 – 1092

Fabrikanten

Borsig
Krupp
Krauss-Maffei

Aantal gebouwd 60 st.
Bouwjaren 1939 - 1941
Asvorm 2'C1' h3
Wiel-diameters:

Drijfwielen:∅ 200 cm
Voorloop:∅ 100 cm
Achterste:∅ 125 cm

Lengte loc.incl. tender 23.905 mm
Keteldruk 20 kg/cm2
Verdampingsoppervlak 203,15 m2
Dienstgewicht 103,2 t
Vermogen: 1317 kW
Max.snelheid 140 km/h
Uitdienst 1980

Bouwserie 03

  • Dit artikel gaat over de serie 003 (tot 1968 serie 03) van de Deutsche Bundesbahn (DB). Zie voor de afgeleide serie het kopje 03.10.
  • De Bouwserie 03, was een serie stoomlocomotieven die gebouwd zijn voor de Deutsche Reichsbahn Gesellschaft (DRG) volgens het conceptplan Einheitsdampflokomotiven, een meerjarenplan voor de bouw van verschillende gestandaardiseerde stoomlocomotieven.

Ontwikkeling en Bedrijf

De BR03 is in de periode 1930 tot 1938 gebouwd met als doel deze in te zetten op de spoortrajecten die een as-gewicht van maximaal 18 ton konden hebben. De Baureihe 03 voldeed aan deze eis, doordat er een lichter frame, kleinere ketel en kleinere cilinders werden toegepast. In totaal zijn er 298 stoomlocomotieven gebouwd van de BR03 door de firma’s Borsig, Krupp, Henschel en BMAG. De locomotieven hadden een maximumsnelheid van 130 km/h en werden dan ook ingezet voor het sneltreinverkeer. Vanaf de 03 123 werden de pompen verplaatst naar het midden van de ketel. Ook werd de BR03 vanaf 03 163 – 03 298 voor grotere wielen met een diameter van 1 meter, in plaats van de tot dan toe toegepaste wielen van 85 cm.

Na de 2e wereld oorlog was het bestand van de Baureihe 03 als volgt: • 145 stuks ingedeeld bij de Deutsche Bundesbahn (DB) • 86 stuks ingedeeld bij de Deutsche Reichsbahn (DR) • 40 stuks waren achtergebleven in Polen en werden daar ingedeeld bij de Polskie Koleje Państwowe (PKP). (Deze werden ingedeeld als Baureihe Pm 2)

Na 1968 werden de bedrijfsnummers bij de DB en in 1970 bij de DR gewijzigd. Bij de DB werd er een 0 voor het bestaande bedrijfsnummer toegevoegd (03 001 werd 003 001 etc.). Bij de DR werd een 2 tussen gevoegd (03 204 werd 03 2204 etc.) Een aantal locomotieven behield echter de oude nummering aangezien het uit dienst nemen van de Baureihe 03 toen al was ingezet. De laatste BR03 werd in 1972 buiten dienst gesteld.

Bronnen:

Bouwserie 03.10

Ontwikkeling en Bedrijf

De Baureihe 03.10 was een snellere versie van de Baureihe 03 en werd vanaf 1939 gebouwd. De locomotief had 3 cilinders. Aanvankelijk was het de bedoeling om er 140 te bouwen, maar door WW II werden er maar 60 gebouwd. De Baureihe 03.10 was voorzien van stroomlijn bekleding, waardoor de luchtweerstand aanzienlijk minder was. Deze stroomlijn bekleding werd echter na de oorlog weer verwijdert, omdat de snelheid op de trajecten werd beperkt vanwege de vele schades opgelopen tijdens de oorlog. De stroomlijnbekleding had daardoor geen toegevoegde waarde meer en werd dan ook verwijdert. De locomotieven van de Baureihe 03.10 die achtergebleven waren in Polen en Rusland, behielden hun stroomlijn bekleding.

Na de 2e wereld oorlog was het bestand van de Baureihe 03.10 als volgt: • 26 stuks ingedeeld bij de Deutsche Bundesbahn (DB) • 19 stuks ingedeeld bij de Deutsche Reichsbahn (DR) • 9 stuks waren achtergebleven in Polen en werden daar ingedeeld bij de Polskie Koleje Państwowe (PKP). (Deze werden ingedeeld als Baureihe Pm 3) • 1 stuk werd vanwege oorlogsschade uit dienst genomen • 3 stuks waren achtergebleven in Rusland en werden bij de RZD ingedeeld.

Waar zijn deze locomotieven nog te zien?

Baureihe 03

Baureihe 03.10

Bijzonderheden/Opmerkingen

Op 10 Oktober 1958 explodeerde de ketel van de 03 1046 vanwege metaalmoeheid. De originele ketels werden daarom vervangen door nieuwe.

Literatuur

Externe Verwijzingen


Diverse Stoomlocs Baureihe 03 en 03.10

Modellen

Alle HO Modellen in de bouwseries 03 en 3.10
Dit Infoblok bevat bijvoorbeeld de navolgende mogelijkheden:


  • Alle in deze wiki aanwezige modellen in deze bouwserie zijn terug te vinden onder genoemde link.

Alle Modellen in de Baureihe 03