Ringleiding: verschil tussen versies
k (== kopjes == aangepast) |
k |
||
(3 tussenliggende versies door 3 gebruikers niet weergegeven) | |||
Regel 18: | Regel 18: | ||
== Ringleiding Tips == | == Ringleiding Tips == | ||
− | *gebruik voor de ringleiding dik draad (bijv. het VD installatiedraad van 2,5mm2, dus niet de zwarte!) | + | *gebruik voor de ringleiding dik draad (min 0,75mm2 maar bijvoorkeur dikker), bijv. het VD installatiedraad van 2,5mm2, dus niet de zwarte! |
+ | <br style="clear:both" /> | ||
+ | (ook handig is het gebruiken van soepel draad (litze) in plaats van installatiedraad) | ||
*voor grote banen met veel verbruikers: maak een aparte ringleiding voor rijdend materieel en één voor accesoires. | *voor grote banen met veel verbruikers: maak een aparte ringleiding voor rijdend materieel en één voor accesoires. | ||
Regel 30: | Regel 32: | ||
*beter dan geïsoleerd draad, is het makkelijker/handiger om een ongeisoleerde aard-rail te gebruiken. hier kun je verbruikers met solderen of klemmen op aansluiten. maar ook met kroonsteenstrips kun je veel moois maken. De aanvoer draden van de secties natuurlijk wel van geïsoleerd draad maken! | *beter dan geïsoleerd draad, is het makkelijker/handiger om een ongeisoleerde aard-rail te gebruiken. hier kun je verbruikers met solderen of klemmen op aansluiten. maar ook met kroonsteenstrips kun je veel moois maken. De aanvoer draden van de secties natuurlijk wel van geïsoleerd draad maken! | ||
− | == | + | == Indelen in groepen == |
+ | Net als je in de elektrische installatie van de eigen woning beschikt over verschillende groepen, kun je dit ook voor de modelbaan doen. | ||
− | + | Dit doe je uiteraard om voldoende vermogen op de verschillende groepen te hebben en daarvoor verdeel je de baan in elektrisch gescheiden sectie. | |
− | + | Bij een analoge baan doe je dit door scheidingen aan te brengen in de middenleider en daarbij een tweede , derde, enz. transformator te gebruiken. | |
− | + | Bij de digitale baan doe je dit eveneens door scheidingen aan te brengen in de middenleider en vervolgens deze aan te sluiten op een [[Booster toepassen|booster]]. | |
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | | | ||
+ | Voor deze leidingen geldt in principe hetzelfde als voor de ringleidingen zoals bovenstaand, met dat verschil dat bij wel gebruik gemaakt kan worden van een gemeenschappelijke massa (bij Märklin de bruine draad aan de spoorzijde). | ||
+ | |||
+ | Een bijkomend voordeel van het werken met groepen is dat wanneer een groepoverbelast raakt of door kortsluiting uitgeschakeld wordt, er toch delen van de baan kunnen blijven werken. | ||
+ | Je kunt hier gebruik van maken door bijv de kritische functies (zoals schakelen van wissels en seinen) vanuit de Centrale Unit te doen en het voeden van de treinen via boosters te laten lopen. | ||
+ | |||
+ | Een voorbeeld van een indeling kan dan zijn: | ||
+ | * Centrale:- Voeding Seinen en Wissels | ||
+ | * Booster 1: - Voeding schaduwstation | ||
+ | * Booster 2: - Voeding hoofdspoor | ||
+ | * Booster 3: - Voeding zijlijn | ||
+ | enz. | ||
+ | <br style="clear:both" /> | ||
+ | |||
+ | Om de verschillende groepen te onderscheiden kun je gebruik maken van kleurcodes, zoals in onderstaande afbeelding is te zien. | ||
+ | |||
+ | [[Bestand:20180104 Busleidingen.png|400px|left|<center>''Voorbeeld Ringleiding''</center>]] | ||
+ | [[Bestand:20180104_Stekkerverbinding_Busleidingen.png|400px|center|<center>''Voorbeeld stekkerverbinding''</center>]] | ||
+ | <br style="clear:both" /> | ||
+ | *In dit voorbeeld is gebruik gemaakt van kroonsteenstrips voor de verbindingen naar de aansluitingen | ||
+ | *Verschillende kleuren flexibel draad van 1,00 mm2 | ||
+ | *Deelbare kroonsteenstrips voor de koppelen naar de onderbouw. | ||
+ | |||
+ | (Update 2018-01-17: VT601) | ||
---- | ---- | ||
− | [[Categorie:Baanbouw]][[Categorie: | + | [[Categorie:Baanbouw-Opbouwen]][[Categorie: Modelbaanbesturing]] |
Huidige versie van 2 aug 2021 om 10:17
Bekabeling:De Ringleiding
Een ringleiding is een aparte leiding waar de baanspanning op staat. Deze is op regelmatige afstanden (typisch een paar meter) verbonden met de rails. Op deze manier is de kans dat een slecht contact in de rails zorgt voor problemen aanmerkelijk kleiner. Voor een ringleiding wordt over het algemeen dikke installatiedraad gebruikt. Een doorsnede van 1.5 mm2 of groter is eerder regel dan uitzondering.
Er zijn meerdere manieren om een ringleiding te maken:
- Als een ring: van de ene naar het andere punt en van daaruit weer naar het volgende punt(in tegenstelling tot de naam hoeft de ring niet gesloten te zijn.)
- Als een spinneweb: vanuit één punt
- Maar een combinatie van beide vormen is ook mogelijk.
Let op: De ringleiding dient zowel de baanspanning als de massa te verbeteren en bestaat dus uit 2 draden !
Ringleiding Tips
- gebruik voor de ringleiding dik draad (min 0,75mm2 maar bijvoorkeur dikker), bijv. het VD installatiedraad van 2,5mm2, dus niet de zwarte!
(ook handig is het gebruiken van soepel draad (litze) in plaats van installatiedraad)
- voor grote banen met veel verbruikers: maak een aparte ringleiding voor rijdend materieel en één voor accesoires.
- gebruik nooit een gemeenschappelijke retour bij een ringleiding met meerdere secties. dit maakt de splitsing electrisch gezien grotendeels ongedaan. geef elke sectie z'n eigen retouren.
- ringleiding is een magisch woord geworden. gebruik voor grotere banen drie of vier secties (geen kring, maar gewoon een recht stuk!) of bijv. 1 sectie per module). iedere sectie voed je vanaf het centrale voedings punt.
- zorg dat je elke sectie met een schakelaar kunt uitschakelen. Treedt er dan kortsluiting op, dan kun je door de secties 1 voor 1 in te schakelen, de oorzaak opsporen.
- beter dan geïsoleerd draad, is het makkelijker/handiger om een ongeisoleerde aard-rail te gebruiken. hier kun je verbruikers met solderen of klemmen op aansluiten. maar ook met kroonsteenstrips kun je veel moois maken. De aanvoer draden van de secties natuurlijk wel van geïsoleerd draad maken!
Indelen in groepen
Net als je in de elektrische installatie van de eigen woning beschikt over verschillende groepen, kun je dit ook voor de modelbaan doen.
Dit doe je uiteraard om voldoende vermogen op de verschillende groepen te hebben en daarvoor verdeel je de baan in elektrisch gescheiden sectie. Bij een analoge baan doe je dit door scheidingen aan te brengen in de middenleider en daarbij een tweede , derde, enz. transformator te gebruiken. Bij de digitale baan doe je dit eveneens door scheidingen aan te brengen in de middenleider en vervolgens deze aan te sluiten op een booster.
Voor deze leidingen geldt in principe hetzelfde als voor de ringleidingen zoals bovenstaand, met dat verschil dat bij wel gebruik gemaakt kan worden van een gemeenschappelijke massa (bij Märklin de bruine draad aan de spoorzijde).
Een bijkomend voordeel van het werken met groepen is dat wanneer een groepoverbelast raakt of door kortsluiting uitgeschakeld wordt, er toch delen van de baan kunnen blijven werken. Je kunt hier gebruik van maken door bijv de kritische functies (zoals schakelen van wissels en seinen) vanuit de Centrale Unit te doen en het voeden van de treinen via boosters te laten lopen.
Een voorbeeld van een indeling kan dan zijn:
- Centrale:- Voeding Seinen en Wissels
- Booster 1: - Voeding schaduwstation
- Booster 2: - Voeding hoofdspoor
- Booster 3: - Voeding zijlijn
enz.
Om de verschillende groepen te onderscheiden kun je gebruik maken van kleurcodes, zoals in onderstaande afbeelding is te zien.
- In dit voorbeeld is gebruik gemaakt van kroonsteenstrips voor de verbindingen naar de aansluitingen
- Verschillende kleuren flexibel draad van 1,00 mm2
- Deelbare kroonsteenstrips voor de koppelen naar de onderbouw.
(Update 2018-01-17: VT601)