Column mei 2012 - Stoomlocs
Column mei 2012 - Stoomlocs
Laat ik er maar niet omheen draaien; ik heb totaal niets met stoomlocs. Het is dat er in de startsetjes van Märklin uit de beginjaren tachtig nu eenmaal zo’n eenvoudig tenderlocje zat, anders zou ik geen enkele stomer hebben. Ergens in huis moet dus nog een afgeragde BR 89 rondzwerven, die zeer zware tijden heeft meegemaakt in mijn jeugd. Het locje werd niet alleen ingezet voor races en botsspelletje op de baan, maar ook bij moedwillige ontsporingen en het betere stuntwerk door middel van springschansen. De liefde zat dus niet zo diep voor het stoomlocje, maar dat was bij alle stoomlocs zo. Toen ik een paar jaar geleden opnieuw ben begonnen met de modelbaan, heb ik er dan ook geen seconde over nagedacht om stoomlocs aan te gaan schaffen. E-locs en diesels vind ik gewoon veel mooier en interessanter. Nu zal ik heus niet de enige zijn die stoomlocs geen blik waardig gunt, maar ik denk dat de “niet-stomers” wel in de minderheid zijn in (model)treinenland.
Een tijdje terug zat ik me eens af te vragen waar dat desinteresse voor stoomlocs bij mij nu vandaan komt. Voor een deel heeft dat natuurlijk met mijn leeftijd te maken. Toen ik namelijk 30 jaar geleden geïnteresseerd begon te raken in treinen, waren stoomlocs al vrijwel helemaal verdrongen van het spoor. Ze maken voor mij dus geen deel uit van leuke jeugdherinneringen. Verder heb ik altijd al een voorliefde gehad voor stille en schone vervoermiddelen. Zelfs de grootste liefhebber zal niet ontkennen dat dit nu niet bepaald de sterkste kanten van stoomlocs zijn. Tenslotte ben ik nooit een liefhebber geweest van stoommachines in het algemeen. Dat komt weer omdat ze het einde hebben ingeluid van een andere liefde van mij: het zeilschip. Met de komst van de stoomschepen in de 19de eeuw werd namelijk ook het einde ingeluid van de meest mooie schepen - de klippers en windjammers - die ooit over de wereldzeeën hebben rondgevaren. Ik moet dan ook altijd stiekem een beetje lachen als ik iemand hoor klagen over het verdwijnen van de stoomloc. Het is een soort innerlijke genoegdoening, dat die lawaaierige en vieze stomers zelf weer zijn opgevolgd door de volgende technische ontwikkeling. In dit geval door efficiëntere, stillere en schonere E-locs!
Nu wil ik absoluut niemand zijn plezier aan stoomlocs ontnemen. Ze maken deel uit van de geschiedenis en moeten naar mijn mening dan ook zo goed mogelijk bewaard en gekoesterd worden voor latere generaties. Musea met stoomlocs of museumlijntjes krijgen dan ook absoluut mijn goedkeuring. Maar - het zal inmiddels wel duidelijk zijn - ik heb er persoonlijk weinig mee op.
Nu was ik onlangs toevallig bij een kennis van een vriend thuis en het bleek dat hij ook een modelbaan had. Wij samen de zolder op waar hij vervolgens wat van die grote stoomlocs liet rondrijden. Ik zat al snel rond te speuren of er misschien nog ergens een mooie V200 of E 94 stond, maar helaas: alleen maar rood/zwarte monsters op de baan (en in het schaduwstation en vitrines.) Bij gebrek aan beter de stoomlocs dan toch maar eens beter bekeken en toen viel mijn oog op een niet al te grote loc met tender, die met kleine rookwolkjes en een puffend geluidje de spiraal omhoog kwam gereden. ‘Wat een grappig gedrongen locje is dat eigenlijk!’, was mijn eerste gedachte. De BR 55 - want dat was het - tufte vrolijk met wat goederenwagonnetjes rond op de baan en wat ik eerder blijkbaar nog voor mezelf had proberen te ontkennen bij het zien van een BR 64 en T3 was nu niet meer mogelijk: er bestaan leuke stoomlocs!
Vervolgens toch wel een beetje in de war thuis aangekomen. Word ik nu een stoomliefhebber? Vind ik die stinkende, prehistorische dingen nu ineens mooi? Ga ik straks ook van die tjoek-tjoek geluidjes maken als een klein kind? Praat ik over een tijdje ook niet meer over ‘bovenleiding’ maar over ‘waslijnen’? En zit ik over een paar jaar op modelbaanbeurzen ook als een vijftiger met een buikje helemaal verliefd te kijken naar de nieuwste stoomlocs van Märklin en te mopperen over te weinig afgebeelde klinknagels op de tender? Nu, zover is het gelukkig nog lang niet. Maar ik sluit inmiddels ook niet langer uit, dat er ooit misschien nog eens een nieuw stoomlocje op mijn baan zal gaan rijden...
Marc (10103)
Ps. Het startsetlocje is inmiddels gevonden en een beetje in ere hersteld. Hij staat nu tevreden “z-gestellt” in de vitrine.