Fleischmann 1472 Digitaal
Fleischmann 1472 Digitaal
De plan V van Fleischmann is er in 2 uitvoeringen, 1 voor wisselstroom en 1 voor gelijkstroom.
Fleischman uitvoeringen Plan V | |||
---|---|---|---|
Art.nr. | Uitvoering | Bedrijfsnr. | Bijzonderheden |
1472 | Analoog/Wisselstroom | 942 | Utrecht |
4472 | Analoog/Gelijkstroom | 942 | Utrecht |
Deze ombouw betref het Analoge wisselstroom model (1472) welke we geschikt maken voor Märklin Digitaal bedrijf.
Het treinstel bestaat uit twee delen. Het voorste deel met de sleper, bevat geen motor. Deze zit in het tweede deel van het treinstel. De beide delen worden middels een soort van stroomgeleidende koppelingen met elkaar verbonden, en zo worden massa van de wielstellen en stroom van de sleper van het ene naar het andere rijtuig overgebracht. Het treinstel kan zijn stroom afnemen via de rails of via de pantograaf in het geval men met bovenleiding wil rijden. Hiervoor zit een klein schroefje op het dak in het midden van de pantograaf, welke je met een kleine schroevendraaier kunt instellen op stroom via de pantograaf of via de sleper. Dit kleine schroefje is verbonden met een soort metalen contact welke je, afhankelijk van de draai-instelling, op een bepaalde positie zet waardoor bepaalde printbanen op de printplaat in het binnen deel van de lok met elkaar worden verbonden. Voor deze ombouw is besloten om de instelling van het schroefje dusdanig in te stellen dat deze stroom van de sleper afneemt. Er wordt verder niet de moeite genomen om te kijken naar het afnemen van de stroom via de pantograaf, aangezien hier toch in de praktijk weinig gebruik van wordt gemaakt in het digitale bedrijf.
Het analoge wisselstroom model heeft 2 kleine lampjes (rood en wit) aan de voorkant en aan de achterkant. Het treinstel heeft hiermee sluitverlichting wisselend met de rijrichting. Beide lampjes zijn via de massa van het treinstel verbonden. Vooralsnog ben is het plan dit zo te laten, aangezien het allemaal dusdanig compact aanwezig is, en waarschijnlijk voor de nodige uitdagingen gaat zorgen als men ze wil isoleren van de massa en wil aansluiten via een retourleiding.
De ombouw zal uit de volgende stappen bestaan:
- Verven van de rode rijtuig inrichting naar wat realistischer kleuren.
- Aanpassen motorschild
- Aanpassen front/sluit verlichting
- Plaatsen van rijtuigverlichting
- Plaatsen en aansluiten decoder voor motordeel
- Plaatsen en aansluiten functiedecoder
- Plaatsen van passagiers
Een nogal omvangrijk project, die je niet even in een avondje realiseert, maar dat maakt de uitdaging alleen maar groter. Alvorens met de ombouw te starten wordt de kap eraf geschroefd, en wordt de aangesloten bedrading nagetekend. Tracht het binnenwerk en bedrading te begrijpen. Het is belangrijk om hier even goed naar te kijken en eventueel foto’s van te nemen, zodat er tijdens de ombouw altijd terug gekeken kan worden hoe één en ander oorspronkelijk zat.
Benodigde Materialen
Voor het digitaliseren van dit model zijn de volgende materialen gebruikt:
Materiaal:
- Decoder : ESU 52610 Lokpilot
- Functie decoder : ESU 52620
- 2 contra stekkers NEM652 van Uhlenbrock
- 2 Viessmann LED verlichtingsprinten art.50491 (Gele LED's)
- 4 diodes 1N4148
- Dubbelzijdig kleefband
- Decoderdraad
Gereedschap:
- Schroevedraaier
- Soldeerbout/soldeerstation
- Soldeertin
- Kraspen voor printbanen door de krassen.
Aanpassen van de binneninrichting
We beginnen met het makkelijkste deel, het aanpassen van de binneninrichting. Deze is nu van een wat opvallende kleur rood, en is niet erg mooi. Aan de slag dus. Als het binnenwerk er niet in zijn geheel uit wil, besluit dan deze maar te laten zitten en voorzichtig te schilderen. Na een avondje kwasten ziet het er als volgt uit:
Plaatsen decoder (s) en gebruik geleidingsprint
De bedrading wordt grotendeels los gesoldeerd van de geleidingsprint. Alleen de aansluitingen van de stroomvoerende koppelingen laten we ongemoeid. Ook wordt het omschakelprintje verwijdert. In het treindeel met de motor komt een ESU lokpilot 52610, in het treindeel met de sleper komt de ESU 52620 functiedecoder. De buitenste printbanen van de geleidingsprint gebruiken we om de sleper en de massa op aan te sluiten welke via de stroomvoerende koppeling worden overgebracht naar de geleidingsprint in het motorrijtuig, zodat beide decoders door Massa (bruin) en stroomdraad (rood) gevoed worden. Ook de massa punten van de overige wielstellen van beide treinstellen worden op de massa-baan op de geleidingsprint aangesloten. ESU decoders zijn voorzien van een NEM 652-stekker. Bij marklin locomotieven worden deze er vaak afgeknipt omdat marklin locomotieven standaard niet zijn uitgerust met een NEM 652 contra stekker. De fleischmann 1472 is een analoge loc en heeft ook geen NEM 652 contra-stekker aanwezig. Toch willen we hier de stekkers er niet afknippen, en worden hier 2 contra stekkers van Uhlenbrock gebruikt. Dit heeft als nadeel dat je veel bedrading weg moet werken, maar als voordeel dat de stekkers aan de decoders kunnen blijven zitten, en deze makkelijk te vervangen zijn in de toekomst. Aangezien de kleuren van de draden van de Uhlenbrock contra’s afwijken van de kleuren van de ESU decoder, moet je oppassen dat je geen draden door elkaar gaat halen en de zaak verkeerd aansluit. (Een vergissing is zo gemaakt). Ook is menigeen gewend aan de kleuren die Märklin gebruikt, welke net weer anders zijn. De draden van de contrastekker worden hier daarom eerst voorzichtig los gesoldeerd, waarna ze conform Märklin codering weer worden aan gesoldeerd. Nu kunnen we dus de stekker van ESU er gewoon inprikken, en kunnen we verder voor de bedrading van het treinstel gewoon de märklin kleuren hanteren. (Pfff…, maar wel zo makkelijk).
Contra-stekker kleuren Märklin | |
---|---|
1. Motor rechts | 8. Sleper |
2. Verlichting achter | 7. U+ retourleiding/of elektronische + |
3. Functie F1 | 6. Verlichting voor |
4. Massa | 5. Motor links |
Het volgende aansluitschema geeft weer hoe de ESU 52610 en 52620 aangesloten zijn. Op de plek waar de ESU kleuren veranderen in Marklin kleuren zijn de NEM652 contra-stekkers ingezet. Roze is hier F1 en schakelt de binnenverlichting. Met F0 wordt de front /sluitverlichting geschakeld welke wisselt met de rijrichting.
Voordat we de bedrading verder vast solderen, gaan we eerst aan de slag met de binnen verlichting, en passen we het motorschild aan en de verlichtingsprintjes.
Aanpassen motorschild
Het motorschild dient aangepast te worden voor digitaal bedrijf. Je kunt hiervoor een speciaal motorschild bestellen, maar als je een beetje handig bent en goedkoper uit wilt zijn is het goed te doen om het bestaande motorschild aan te passen. Haal eerst voorzichtig de koolborstels los, en schroef vervolgens de 2 schroeven op het motorhuis los zodat je het motorschild van het motorhuis kunt verwijderen. De beide spoeltjes en de draden dienen los gesoldeerd te worden. Het motorschild moet op 2 plaatsen aangepast worden. Aan één kant is namelijk de middenas doorverbonden met de koolborstel, en aan de onderkant is de koolborstel verbonden met de onderste schroef en dus de motorbehuizing. Beiden dienen geïsoleerd te worden, en dat doen we door op deze plaatsen de printbanen door te slijpen of door te ‘krassen’.
Meet het aangepaste motorschild even goed door of tussen beide doorgeslepen plaatsen er geen contact meer bestaat.
Vervolgens kan het motorschild en de koolborstels weer geplaatst worden op het motorhuis.
De blauwe draad van de contrastekker wordt op het eiland van de bovenste koolborstel gesoldeerd.
De groene draad van de contrastekker wordt op het eiland van de onderste koolborstel gesoldeerd.
De massa van de geleidingsprint wordt voor de zekerheid op het kleine eilandje van de onderste schroef gesoldeerd nadat de schroef geplaatst is en het schild weer op de motor is vastgezet. Hiermee is het motorhuis en de wielen tevens met massa verbonden.
Aanpassen front en sluitlichten
Voor de front en sluitverlichting moeten tevens de printjes worden aangepast. De bruine „plakjes” onder de klemmen verwijderen we. (Dit zijn diodes, maar gebruiken we niet meer). Vervolgens dient de verbindingsbaan op de print te worden doorgefreesd. De blauwe draad (voorheen de stroomvoerende draad voor beide lampjes) kan worden los gesoldeerd. Deze komt te vervallen. Nadat het spoor op de verlichtingsprint is doorgeslepen, kunnen de klemmetjes weer teruggezet worden, en vertint waarna de diodes 1N4148 hierop kunnen worden gesoldeerd. Let bij het plaatsen van de diodes erop hoe deze geplaatst worden, zie de foto's hieronder. De grijze en gele draad komend vanaf de decoder worden op deze diodes vastgemaakt. In het deel met de motor wordt de grijze en gele draad van de 52610 aangesloten, in het treindeel met de sleper de grijze en gele draad van de functiedecoder 52620. Zo zullen straks de front/sluitseinen te bedienen zijn met F0 en wisselt de verlichting met de rijrichting. Wel dienen beide decoders hetzelfde adres te krijgen natuurlijk. Vervolgens worden de printjes weer teruggeplaatst.
Plaatsen van rijtuigverlichting
Als binnenverlichting wordt de Viessmann 50491 binnenverlichting gebruikt. Natuurlijk kunnen ook andere binnenverlichting LED-strips toegepast worden. Let er goed op hoe je deze plaatst , aangezien het noodzakelijk is om deze op de aangegeven delen door te zagen want hij past niet in zijn geheel. Zorg dat de ronde gaten in de geleidingsprint vrij blijven, anders kun je straks de kap er niet meer opkrijgen en de schroeven niet meer door de gaten krijgen. Voor het 2e klas deel is de verlichtingsprint op 2 plekken doorgezaagd, zodat je 3 stukken hebt. De 2 grotere stukken kun je meteen gebruiken, het reststukje dient nog voorzien te worden van een weestand en een diode (1N4148) om het nog te kunnen inzetten. Hiermee kan het gehele 2e klas deel uitgerust worden van verlichting. De Elco (condensator) op de verlichtingsprint, wil je natuurlijk uit het zicht hebben. Dus los solderen en verlengen met een paar draadjes zodat de Elco netjes in het vak bij de deuren kan en daarmee uit het zicht komt. Voor het 1e klas deel kom je wat ongunstiger uit. Hier gebruik je maar 1 langer deel en 2 reststukjes. Vooral het aparte 1e klas stoelgedeelte is even lastig, aangezien hier nauwelijks bevestiging mogelijk is voor het reststukje op de geleidingsprint. Deze is met superlijm aan de geleidingsprint vastgezet.
De binnen verlichting wordt geïsoleerd van massa aangesloten. Dit betekent dat we op de diode de retourleiding (blauwe draad van de ESU decoder, welke normaal oranje is bij marklin locs) op de diodes van de reststukjes, en op de overige verlichtingsprinten worden aangesloten. Om de verlichting te kunnen schakelen met F1 wordt de functiedraad van de decoder met de weerstanden van de reststukjes verbonden en op de 2e aansluiting van de overige printen. Let wel op dat je niet per abuis halverwege ergens de blauwe en de functie draad andersom aansluit, anders heb je straks kortsluiting.
Plaatsen van passagiers
Aangezien de “preiser” figuurtjes nog waren geschilderd toen gestart was met deze ombouw, is deze stap als laatste uitgevoerd. Natuurlijk is het slimmer om dit reeds te doen nadat de binneninrichting geschilderd is, en voor wordt verder gegaan met de ombouw. Je kunt er op dat moment namelijk het beste bij. Door hiermee te wachten en pas in dit stadium te doen, kan dat wel een gepriegel worden. Met een pincet moet het echter wel lukken. Voordeel van de figuurtjes in dit stadium pas toe te voegen, is dat je eerst nog het model op zijn werking op de baan kunt testen of alles correct is aangesloten, de trein rijdt en de verlichting schakelt evenals de front en sluitverlichting werkt.
Decoder programmeren met Mobile Station
Default is de Lokpilot ESU 52610 evenals de ESU 52620 functiedecoder ingesteld op adres 3. Voordat er wordt begonnen met programmeren kun je het beste zorgen dat er geen enkele loc op de baan staat.
In de mobile station kiezen we nu :
1. Nieuw loc
2. Selecteer 37770
3. Wijzig loc
4. Adres → stel adres 03 in.
Nu kun je het Plan V treinstel op de baan zetten, en testen of deze rijdt. Tevens kun je de functietoetsen testen.
Met F0 schakel je de front en sluitverlichting aan/uit, en met F1 de rijtuigverlichting.
Als dit allemaal werkt, kunnen we nu de overige parameters instellen. Als wordt het adres van de decoders aangepast:
1. Wijzig loc
2. Adres → stel adres in op de gewenste (ik koos voor 71)
Vervolgens gaan we de CV’s voor de motor programmeren. De volgende instellingen zijn voor de plan V het beste.
- CV2 = 6
- CV53 =40
- CV54 =53
- CV55 =20
Deze kun je instellen door :
1. Wijzig loc
2. Reg
3. Betreffende register/CV instellen gevolgd door de waarde.
Het Resultaat