Helling

Uit 3rail Wiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Helling

Helling
d = horizontale afstand
Δh = stijging
α = hellingshoek
l = lengte helling

Bij het ontwerpen van een modelspoorbaan zal er vaak de wens ontstaan om sporen elkaar te laten kruisen op verschillende hoogtes en/of om een baan met meerdere nivo's te bouwen. Daarbij worden hellingen of klimspiralen gebruikt om de verschillende hoogtes te overbruggen. Bij het maken van een helling op de modelspoorbaan dien je een goede overgang van vlak liggend spoor naar een spoor op een helling te maken. Tevens dien je rekening te houden met het stijgingspercentage van de helling aangezien de trein de helling wel moet kunnen nemen. Doorgaans wordt een stijgingspercentage van zo'n 3% aangehouden om treinen inclusief wagons zonder problemen naar boven te kunnen laten rijden. Een trein kan veelal in de praktijk, met gemak een steilere helling oprijden, echter verkort het de levensduur van de motoren of zul je eerder koolborstels moeten vervangen omdat die sneller slijten.

Märklin geeft zelfs een stijgingspercentage van maximaal 5% op, maar in de praktijk kun je dat beter vermijden aangezien niet alle locomotieven de helling dan zullen kunnen nemen.

Om het stijgingspercentage (S) te berekenen zijn is er de volgende formule:

Stijgingspercentage S = (Δh / l) × 100%

Hierbij is Δh de hoogte en l de lengte van de helling.

Stel dat je een stijgingspercentage van 3% wilt aanhouden en een trein wil laten klimmen naar 10 cm.

l=(Δh/S)*100%
l=(10/3)*100%

De lengte die je nodig hebt om 10cm te stijgen met een stijgingspercentage van 3% is dan : 333,33 cm


Klimmen en dalen

Klimspiraal

Naast een rechte helling, kun je een locomotief ook laten klimmen of dalen middels een zogeheten Klimspiraal. Deze wordt vaak toegepast om ruimte te besparen omdat bij een helling van 3% een aanzienlijke lengte nodig is om naar een nivo hoger/lager te komen. Ook kan je er voor kiezen om één spoor te laten dalen en het andere te laten stijgen. Dit heeft als voordeel dat je minder ruimte nodig hebt om het gewenste hoogte verschil te behalen.

Bij het gebruik van een helling dient men met het volgende rekening te houden:

  • Probeer een stijginspercentage van 3% a 4% max. aan te houden.
  • Hoogte van de railbedding
  • Dikte van het hout (en eventueel dempingsmateriaal)
  • Bochten geven meer wrijving (Hoe kleiner de bocht des te meer wrijving)
  • Het aantal assen. Elke as brengt wrijving mee.
  • trekkracht van de locomotief
  • gewicht van de locomotieven (Een te laag eigen gewicht of te weinig aangedreven wielen zal de lok zeer snel laten doorslippen)
  • het aantal antislipbanden van de locomotief
  • probeer het stoppen van een locomotief in het naar omhoog rijden te vermijden


Verwijzingen (links)

Intern

Extern



Bronnen, Referenties en/of Voetnoten