Onderbreking en bezetmelding
onderbreking en bezetmelding
Bij gebruik van een schaduwstation zou het handig zijn indien er een signalering is die aangeeft of het spoorgedeelte onderbroken is of niet. Ook wil men graag zien of het spoor bezet is of vrij.
Werking en bediening
In het schema zien we een baanstuk met een geïsoleerd stuk. Het geïsoleerde stuk is elektrisch losgemaakt van de middenrail en van één van de buitenrails. Het losstaande stukje middenrail dient om de trein te laten stoppen of doorrijden. Het losstaande stukje buitenrail dient om te detecteren of er zich een lok op het gedeelte bevindt.
Verder zien we een schakelaar. Hiermee wordt het geïsoleerde stukje rail op „stop” of op „doorrijden” gezet. Dit is een dubbelpolige wisselschakelaar. Het ene wisselcontact wordt gebruikt voor „stop” en „doorrijden”, het tweede contact dient voor het schakelen van de LED's.
Tot slot zien we de LED's, die de toestand van het stukje spoor aangeven. Bij de LED's is een eenvoudige gelijkstroomvoeding aangebracht.
De werking van de schakeling is als volgt. De LED's geven de toestand aan van het geheel. De gele LED gaat branden als het geïsoleerde stukje spoor bezet is. De rode LED brandt als de schakelaar in de stand „stop” staat. De groene LED gaat aan als de schakelaar in de stand „doorrijden” staat. de schakeling wordt makkelijk bediend door de schakelaar om te zetten. De rode en de groene LED branden nooit tegelijk. De gele LED kan wel tegelijk met rood of groen branden.
De eenvoudige gelijkrichtschakeling dient er voor om de LED's te voeden met gelijkstroom. Als men meerdere schakelingen op zijn baan wil toepassen, kunnen alle LED's op dezelfde gelijkstroomvoeding worden aangesloten.
Gebruikte componenten
- R1, R2 = weerstand 1K
- R3 = weerstand 1,2K
- D1= diode 1N4001
- C1= electrolytische condensator 470-1000 μF/35V
- LED1 = Geel
- LED2 = Groen
- LED3 = Rood