Een schakelaar wordt gebruikt om een stroomkring te sluiten; hierdoor kan de stroom gaan lopen en bijvoorbeeld een lampje kan gaan branden of een motor gaan draaien .
Er zijn verschillende soorten schakelaars:
Deze schakelaar wordt bekrachtigd, zolang de schakelaar bediend wordt. Zodra de schakelaar niet meer bediend wordt, valt deze terug in de beginstand (de zogenaamde rustpositie).
Meestal wordt deze gewoon schakelaar genoemd. Deze schakelaar heeft 2 rustposities. Je zet deze om van de ene naar de andere positie. In de tussentijd blijft de schakelaar gewoon in de positie staan.
Een Maakschakelaar maakt de verbinding. Dit sluit de stroomkring en er kan stroom gaan lopen.
Een Verbreekschakelaar verbreekt de verbinding. Dit open de stroomkring en er kan geen stroom meer lopen.
Een Ompoolschakelaar heeft 3 kontakten. Het gemeenschappelijke kontakt is in iedere stand is verbonden met een van de kontakten. Hierdoor kun je omschakelen van het ene naar het andere kontakt.
De schakelaar is voorzien van 2 onafhankelijke schakelaars. Er bestaan ook 3 en 4 polige schakelaars.
Een relais is een schakelaar die op afstand bediend kan worden. Niet draadloos zoals bij een TV. Maar meestal gewoon met een draden. Bij relais heb je dezelfde mogelijkheden als bij schakelaars. Relais worden gebruikt:
Relais termen | |
---|---|
Schakelaar | Relais |
Momentschakelaar | Monostabiel relais of Relais |
2 standen schakelaar ofwel Schakelaar | Bistabiel |
Het Marklin universeelrelais is een voorbeeld van een bistabiel relais. Dit heeft twee spoelen waarmee de ene of andere stand geschakeld kan worden.