Bouwserie Alco PA-1: verschil tussen versies
k (→Modellen) |
|||
(Een tussenliggende versie door dezelfde gebruiker niet weergegeven) | |||
Regel 94: | Regel 94: | ||
Bestand: 8399411497.jpg|<center>Nickel Plate Road Alco PA. The superstructure began life on the Santa Fe, then went south to Mexico for many years before Doyle McCormack purchased it. Credits: Tim Repp.</center> | Bestand: 8399411497.jpg|<center>Nickel Plate Road Alco PA. The superstructure began life on the Santa Fe, then went south to Mexico for many years before Doyle McCormack purchased it. Credits: Tim Repp.</center> | ||
</gallery> | </gallery> | ||
+ | |||
+ | {| class="toccolours" style="font-size:85%; margin-top:1em; margin-bottom:-0.5em; border: 1px solid #aaa; padding: 5px; clear: both; width:100%;" | ||
+ | | | ||
+ | == <sup>Bronnen, Referenties en/of Voetnoten</sup> == | ||
+ | <sup><references></references></sup> | ||
+ | |||
+ | |} | ||
== Modellen == | == Modellen == | ||
+ | === Märklin H0 modellen === | ||
{{Märklin-ALCO-PA1-modellen}} | {{Märklin-ALCO-PA1-modellen}} | ||
+ | === Märklin Z modellen === | ||
+ | {{Märklin-z-alcopa1-modellen}} | ||
{{Navigatie-grootspoor-usa}} | {{Navigatie-grootspoor-usa}} | ||
---- | ---- | ||
[[Categorie:Diesellocs]][[Categorie:Diesellocs USA]] | [[Categorie:Diesellocs]][[Categorie:Diesellocs USA]] |
Huidige versie van 16 jan 2023 om 16:10
Bouwserie Alco PA | |
---|---|
Spoorwegmij's | Zie Tabel |
Opschriften | Zie Tabel |
Bedrijfsnummers | Zie Tabel |
Fabricant | Samenwerkings verband American Locomotive Company en General Electric. |
Aantal gebouwd | 297 (PA + PB) |
Bouwjaren | 1946 – 1953. |
Bouwwijze | A1A-A1A. |
Lengte over de buffers | 20020 mm. |
Dienstgewicht | 138,8 ton. |
Vermogen: | 2000 en 2250 pk. |
Bouwwijze motor | 4-takt V16. |
Max.snelheid | 188 km/h . |
Overdracht vermogen | Elektrisch . |
Brandstof-tankinhoud | 4542 ltr. |
Remmen | Lucht remmen (Dynamisch remmen). |
Uit dienst | 1967 |
Diesellocomotief Alco PA
Ontwikkeling en Bedrijf
De Alco PA serie die gebouwd is in samenwerking verband van ALCO (American Locomotive Company) en GE (General Electric) wordt vaak beschouwd als het mooiste en esthetisch diesel locomotief model ooit gebouwd, men gaat zelfs zover om het als een honoraire stoomlocomotief aan te wijzen! Er is geen twijfel mogelijk dat als we een bibliotheek van diesels door spitten het ontwerpt van de PA door de jaren heen, als één van de mooiste op basis van zijn uiterlijk, is. Het model is ontworpen voor trein passagiersdiensten en bedoeld om te concurreren met de zeer succesvolle E-serie van Electro-motief divisie, welke enkele jaren eerder zijn debuut deed . Helaas voor ALCO verkocht de PA niet zo goed, terwijl de eerste verkoop veelbelovende bleek te zijn, maar het oorspronkelijke nieuwe motortype de 16 cilinder V motor type 244 was onbetrouwbaar en had veel problemen. Vandaag de dag zijn er geen PA’s meer operationeel. De origineel Alco PA (P stond voor passagiers en met A bedoelde men de eenheid met een cabine) werd gebouwd na de oorlog in 1946 en had een vermogen van 2.000 pk (later werd deze opgewaardeerd naar modellen met een vermogen van 2250 pk). Ook werden er een aantal zonder cabine gestroomlijnde eenheden gebouwd, bekend als PB’s modellen zonder Cabine (of gewoon "Bs" zoals de meeste naar hen verwezen, en elke andere locomotief zonder cabine, gebouwd tijdens die periode door andere fabrikanten), die leken op de PA’s en het motor vermogen van een bepaalde trein verhoogden. Toen de PA werd uitgebracht was Alco al in de inloop fase, om de concurrent van EMD (Electro-motief Corporation) de E-serie in te halen, die al zijn debuut had gemaakt vóór de Tweede Wereldoorlog in 1937. De oorlogstijd beperkingen verhinderden Alco om te werken aan een concurrerende model maar na de oorlog werd er koortsachtig aan gewerkt. Dit is helaas ten kosten van de PA. In samenwerking verband met General Electric aan het model, gebruikte het bedrijf de mooie buitenkant van GE's Ray Patten ontwerp welke ook bij de goederen model tegenhanger, de FA gebruikt werd, waarbij hij een ongelooflijk prachtige behuizing onthulde. Echter de snelle ontwikkeling van de nieuwe motor van de Alco, het motor type 244, gaven de ingenieurs slechts een jaar na het einde van de oorlog te werken aan de problemen die deze motor gaf en klaar te maken voor de productie er van. Aanvankelijk werden de problemen van de 244 gemaskeerd door Alco die een uitstekende reputatie als een locomotief bouwer had. Het bedrijf had ook veel gebruik gemaakt van de 244, bij de productie van een succesvolle kleine rangeer loc en een rangeer loc alhoewel het ontwerp van de motor gewoon niet geschikt was voor de zware, hoofdlijn toepassingen. In juni 1946 begon de PA testen op de Lehigh Valley Railroad met een prachtig demonstratie model welke uitgerust was met een prachtige kleurstelling van bordeauxrood met zilver trim en de gecombineerde GE/Alco kleurstelling langs de neus en behuizing (de eenheden waren genummerd als 9077 en 9078). De Atchison Topeka & Santa Fe Railway waren ontzettend blij met het nieuwe model en bestelde 28 PA-1s en 16 PB-1s van September 1946 tot December 1948. Al snel volgde er andere spoorwegen en Alco zou uiteindelijk verkopen 170 totale PA-1s en PB-1s. De Alco PA-1 kon 2.000 pk leveren met een 13835 KG voortdurende tractie vermogen op de A1A-A1A wielstellen. De locomotief was 20020 mm lang en de meest prachtige functie waren zijn ingrijpende, gestroomlijnde neus en de schuin aflopende voorruiten (de PA was bijna 10 meter langer dan zijn tegenhanger de FA). Omdat er veel problemen waren met de motor 244 van de PA-1 Alco moest er snel een oplossing komen om die problemen te verhelpen, in dit proces werd er een geheel nieuwe motor het model 251 gebouwd die veel betrouwbaarder bleek te zijn. Als zodanig, onthulde het bedrijf een nieuw model, de PA-2 (die een extra 250 pk kreeg). Echter, het was tevergeefs en nadat er het in eerste instantie maar 170 eenheden verkocht werden van het eerste PA-1 ontwerp, werden van de opgewaardeerde modellen PA-2 en PA-3 een gecombineerd totaal van 77 eenheden verkocht, en werd tegen die tijd in December 1953 de productie van het model beëindigd. Dit aantal was slechts een fractie van het aantal in vergelijking met de E en F-serie van EMD, waarvan er samen duizenden eenheden verkocht werden toen de productie ervan werd beëindigd in de jaren vijftig en zestig. Terwijl de Alco PA niet zo populair waren bij de meeste goederen spoorwegen kreeg hij de instant VIP-status bij de hobbyisten Gemeenschap en die historici die een studie volgden voor diesel locomotief ontwerpen, die door de jaren heen is gegroeid. Eén reden voor de populariteit van het model en haar goede uitstraling qua uiterlijk kwamen er na 25 jaar in 2002 twee PA’s terug welke in 1978 waren verkocht naar Mexico. Eén ervan ging naar het Smithsonian voor restauratie en de andere beroemde locomotief ging naar de restaurateur Doyle McCormick die haar volledige operationele herstel in nikkel plaat weg #190 in de NKP "Bluebird" passagier kleurstelling versierde. Het herstel van de NKP #190 (oorspronkelijk AT & SF #62-L) is eigenlijk een wonder op zich voor een paar redenen. De eerste is dat het onderhandelen enkele jaren geduurd heeft eerdat de locomotieven terugkeerden naar de Verenigde Staten, ook al omdat ze tegen die tijd letterlijk niets meer waren dan alleen behuizingen, volledig ontdaan van cabine, motor, draaistellen en alle drijfwerk. De tweede is het feit dat Doyle en zijn team in staat waren om het zelf te herstellen naar een locomotief vanuit de behuizing met behulp van niets meer dan hard werken en hun eigen middelen. Omdat de #190 niet meer alle oorspronkelijke PA apparatuur had en omdat er veel niet meer bestaat, waren er toch nog vele delen van Alco oorsprong te vinden (zoals de draaistellen) en de locomotief is nu bijna voltooid na meer dan zes jaar van restauratie. De Smithsonian's Alco PA, voormalig AT & SF #59-L, werd gedoneerd aan het Museum van de Amerikaanse Railroad in Texas. Nu het doel van dit museum is om de locomotief volledig, cosmetisch te herstellen (op dit moment alleen een lege behuizing) naar de originele kleurstelling van de AT & SF ' Warbonnet ' als #59-L. Later zullen er dan verdere herstel inspanningen gedaan worden ook deze locomotief volledig terug te brengen naar een operationele status. Een heleboel mensen hebben altijd een zwak voor Alcos, met name de PA, dus het zal geweldig zijn om de #190 en #59-L op eigen kracht weer te zien rijden en passagiers te vervoeren of op zijn minste cosmetisch gerestaureerd te zijn voor display. De Alco PA Series bestond uit de volgende modellen:
Model Type | Aantal gebouwd | Datum gebouwd | PK |
---|---|---|---|
PA-1 | 169 | 1946 - 1950 | 2000 |
PB-1 | 39 | 1946 - 1950 | 2000 |
PA-2 | 81 | 1950 - 1952 | 2250 |
PB-2 | 8 | 1950 - 1952 | 2250 |
PA-3 | 49 | 1952 - 1953 | 2250 |
Bronnen:
Bijzonderheden/Opmerkingen
Ten slotte, hoewel niet in bovenstaande lijst vermeld, was er ook de Alco PA-4 model. Dit was gewoon een ombouw (door Morrison-Knudsen) van de vier voormalige AT & SF PA-1s, die allemaal gingen naar de spoorweg Delaware & Hudson in de jaren zeventig. Ze werden vernummerd van 16-18 en gemoderniseerd met de Alco veel betrouwbaarder model motor 251. Ze paradeerden rond de D & H-systeem voor jaren alvorens ze verkocht werden aan een Mexicaanse spoorweg maatschappij en hiervan zijn dus de twee eerder genoemde eenheden terug gekomen naar de Verenigde Staten in de begin jaren van 2000.
Literatuur
- Joseph A. Strapac. “Southern Pacific Historic Diesels Volume 9: Alco PA/ PB Passenger Locomotives”.
- Andy Romano. PA, Alco's Glamour Girl (diesel locomotives) Retrieved 1997.
Externe Verwijzingen
- Engelstalige Wikipedia Alco PA
- Engelstalige Wikipedia Alco FA
- North East Rails Diesel Railroad Locomotives
Grootspoor Afbeeldingen
Bronnen, Referenties en/of Voetnoten |
Modellen
Märklin H0 modellen
|
Märklin Z modellen
|
|