Bouwserie Ae 3/6 I: verschil tussen versies
k (→Modellen) |
k (→Modellen) |
||
| (Een tussenliggende versie door dezelfde gebruiker niet weergegeven) | |||
| Regel 107: | Regel 107: | ||
== Modellen == | == Modellen == | ||
| + | === Märklin H0 modellen === | ||
| + | {{Märklin-ae36i-modellen}} | ||
| + | === Fleischmann H0 modellen === | ||
{{Fleischmann-ae36i-modellen}} | {{Fleischmann-ae36i-modellen}} | ||
| + | === Lima H0 modellen === | ||
{{Lima-ae36i-modellen}} | {{Lima-ae36i-modellen}} | ||
| + | === Roco H0 modellen === | ||
| + | {{Roco-ae36i-modellen}} | ||
{{Navigatie-grootspoor-sbb}} | {{Navigatie-grootspoor-sbb}} | ||
[[Categorie:E-locs]][[Categorie:E-locs Zwitserland]] | [[Categorie:E-locs]][[Categorie:E-locs Zwitserland]] | ||
Huidige versie van 13 apr 2023 om 18:37
| Ae 3/6 I | |
|---|---|
| Spoorwegmij's | SBB |
| Bedrijfsnummers | 10601 – 10714 |
| Fabrikanten | SLM Wintherthur, BBC, MFO, SAAS |
| Aantal gebouwd | 114 stuks |
| Bouwjaren | 1920–1929 |
| Asvorm | 2'Co1' |
| Lengte over de buffers | 14760 mm |
| Max.snelheid | 90-110 km/h |
| Vermogen | 1600 kW |
| Aanvangskracht | ? kN |
| Dienstgewicht | 92 - 96 t |
| Stroomsysteem | ~ 15.000 volt 16 2/3 Hz |
| Remmen | Automatische, Westinghouse |
| Uit dienst | 1974–1994 |
Bouwserie Ae 3/6 I
De locomotieven van de bouwserie Ae 3/6 I zijn electrische locomotieven welke werden ingezet voor het lichte personen- en sneltreinen. De Ae 3/6 I werd veel ingezet op het trajec Genève-Zürich. De locomotieven van de bouwserie Ae 3/6 I hebben 73 jaar dienst gedaan bij de SBB en is daarmee de bouwserie die het langst ingebruik is geweest bij de SBB. Toen deze bouwserie uit dienst werd genomen hadden sommige locomotieven maar liefst 5 tot 6 miljoen kilometer afgelegd.
Ontwikkeling en bedrijf
In 1920 was de electrificatie van diverse trajecten van de Zwitserse spoorwegen in volle gang en was de SBB op zoek naar een locomotief welke kon worden ingezet op de vlakke trajecten. Er werden door de spoorwegfabrikanten 3 ontwerpen ingediend van electrische locomotieven: De Bouwserie Ae 3/6 I van fabrikant BBC; de Bouwserie Ae 3/6 II van fabrikant MFO; de Bouwserie Ae 3/5 van fabrikant SAAS uit Genève. De SBB gaf BBC opdracht om de Ae 3/6 I te bouwen welke in de periode 1920-1929 in meerdere deelseries werd gebouwd.
Het mechanische deel van alle Ae 3/6 I locomotieven is gebouwd door SLM. Het elektrische gedeelte van de eerste 86 locomotieven (10601-10686) kwam van BBC, het elektrische deel van 26 locomotieven (10687-10712) kwam van MFO en van de laatste twee locomotieven (10713-10714) werd het elektrische gedeelte gebouwd door SAAS.
De in deze bouwserie gebruikte Buchli-aandrijving welke reeds in de proeflocomotieven van de Bouwserie Be 2/5 en Bouwserie Ae 4/8 waren getest, werden nu in de Bouwserie Ae 3/6 I toegepast. De drie aandrijfassen zijn gemonteerd in een buitenframe. Elke as wordt aangedreven door een afzonderlijke aandrijfmotor. Het vermogen wordt via Buchli schijven die aan één zijde van de locomotief zijn bevestigd naar de aandrijfwielen overgebracht.
In het elektrische gedeelte waren duidelijk verschillen. In sommige van de locomotieven diende de hoofdschakelaar met de hand te worden in- en uitgeschakeld, terwijl in andere werd dat middels inschakelmotoren en relais gerealiseerd. De belangrijkste transformator is aangebracht tussen het draaistel en de eerste aandrijfas. De locomotieven waren niet voorzien van het meertreinen besturingssysteem.
Dankzij de goede rijeigenschappen van het draaistel, kon in 1929 de maximale snelheid van 90 km/h. verhoogd worden naar 100 km/h. Voor de sterkere locomotieven van deze bouwserie (vanaf bedrijfsnummer 10637) kon in 1937, na aanpassingen aan het drijfwerk, de maximumsnelheid verhoogd worden naar 110 km/h.
Vanaf 1965 werd een deel van de locomotieven aangepast, zodat de snelheid verhoogd kon worden naar 110 km/h. Deze aanpassig werd doorgevoerd bij de locomotieven die na 1925 waren gefabriceerd, de eerste 36 locomotieven zijn niet aangepast aangezien de tractiemotoren van deze locomotieven daar niet geschikt voor bleken.
De eerste Ae 3/6 I werd in 1970 gesloopt vanwege de slechte staat. De levering van Bouwserie Re 4/4 II en Bouwserie Re 6/6 in de jaren '70 leidde tot de sloop van 22 locomotieven. Vanaf 1982 werden de resterende Ae 3/6 I meer en meer buiten dienst gesteld door de levering van nieuwere locomotieven.
Bronnen:[1]
Waar zijn deze locomotieven nog te zien?
| Er zijn nog 5 Museum locomotieven Ae3/6 I bewaard gebleven. | |||||
|---|---|---|---|---|---|
| Bedrijfsnummer | Eigenaar | Standplaats | Toestand | Kleur | Opmerking |
| 10601 | Swisstrain | Le Locle (Zwitserland) | - | Bruin | website Swisstrain |
| 10639 | Swisstrain | Payerne (Zwitserland) | - | Groen | website Swisstrain |
| 10664 | SBBhistoric | Depot Rapperswil (Zwitserland) | Bedrijfsvaardig | Groen | SBB Historische treinen Ae 3/6 I - 10664 |
| 10693 | Swisstrain | Payerne (Zwitserland) | - | Groen | website Swisstrain |
| 10700 | SBBhistoric | Olten (Zwitserland) | Bedrijfsvaardig | Bruin | SBB Historische treinen Ae 3/6 I - 10700 |
Bijzonderheden/Opmerkingen
Externe Verwijzingen
Diverse E-locs Bouwserie Ae 3/6 I
- Diverse Grootspoor afbeeldingen E-loc Ae 3/6 I
Ae 3/6 I - 10664 op de draaischijf in Brig 
Ae 3/6 I - 10649 te Buchs SG op 30 Juli 1988 
Ae 3/6 I - 10700 te Olten 
Ae 3/6 I - 10700 te Olten 
Ae 3/6 I - 10700 te Olten
.jpg)
Bronnen, Referenties en/of Voetnoten
|
Modellen
Märklin H0 modellen
|
Fleischmann H0 modellen
|
Lima H0 modellen
|
Roco H0 modellen
|
