Bouwserie BLS Ce 4/6: verschil tussen versies

Uit 3rail Wiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(Nieuwe pagina aangemaakt met '{| class="wikitable" style="float:right; width:30%;border color#4682B4" ! colspan="2" style= "background:#ff9e23" | BLS Ce 4/6 |- | colspan="2" | Bestand:Commons-...')
 
Regel 37: Regel 37:
  
 
== Ontwikkeling en bedrijf ==
 
== Ontwikkeling en bedrijf ==
Aan het eind van de eerste wereldoorlog was er een terkort ontstaat aan kolen, waardoor veel diensten  werden geschrapt. De behoefte steeg dan ook om trajecten te elektrificeren, echter waren daar forse investeringen voor nodig. In het kanton Bern waren nog maar enkele lijnen geëlektrificeerd, maar met name de zijlijnen waren nauwelijks rendabel en er was dan ook geen geld om te investeren in elektrificatie van de lijnen en aanschaf van de daarbij benodigde elektrische locomotieven.
+
Aan het eind van de eerste wereldoorlog was er een terkort ontstaan aan kolen, waardoor veel diensten  werden geschrapt. De behoefte steeg dan ook om trajecten te elektrificeren, echter waren daar forse investeringen voor nodig. In het kanton Bern waren nog maar enkele lijnen geëlektrificeerd, maar met name de zijlijnen waren nauwelijks rendabel en er was dan ook geen geld om te investeren in elektrificatie van de lijnen en aanschaf van de daarbij benodigde elektrische locomotieven.
 
Het Kanton Bern besloot vervolgens dat alle zijlijnen in het Kanton Bern geëlektrificeerd moesten worden, en stelde geld daarvoor ter beschikking.  
 
Het Kanton Bern besloot vervolgens dat alle zijlijnen in het Kanton Bern geëlektrificeerd moesten worden, en stelde geld daarvoor ter beschikking.  
 
Zo ontstond een samenewerkingsverband in de vorm van de zogenaamde BLS-groep, bestaande uit de  Spiez-Erlenbach-Bahn (SEB), Erlenbach-Zweisimmen-Bahn (SEB), Gürtelbahn (GTB), Bern-Schwarzenburg-Bahn (BSB) en de Bern-Neuenburg-Bahn (BN).
 
Zo ontstond een samenewerkingsverband in de vorm van de zogenaamde BLS-groep, bestaande uit de  Spiez-Erlenbach-Bahn (SEB), Erlenbach-Zweisimmen-Bahn (SEB), Gürtelbahn (GTB), Bern-Schwarzenburg-Bahn (BSB) en de Bern-Neuenburg-Bahn (BN).

Versie van 25 mei 2015 11:58

BLS Ce 4/6
Ce 4/6 - 307
Spoorwegmij's BLS
Bedrijfsnummers 301 – 317
Fabrikanten 301-307:SLM Wintherthur, MFO
308-317:BBC
Aantal gebouwd 17 stuks
Bouwjaren 1920, 1924
Asvorm (1’B)(B1’)
Lengte over de buffers 14390 mm
Max.snelheid 65 km/h
Vermogen 736 kW
Aanvangskracht ? kN
Dienstgewicht 70 t
Stroomsysteem ~ 15.000 volt 16 2/3 Hz
Remmen Automatische, Westinghouse
Uit dienst 1968–1984

Bouwserie Ce 4/6 (BLS)

De locomotieven van de bouwserie Ce 4/6 zijn elektrische locomotieven die begin jaren 20 in opdracht van de de Berner Alpengesellschaft (BLS) zijn gebouwd voor het vervoer op de zijlijnen. De Ce 4/6 van de BLS was een lichte locomotief die zowel voor het goerentransport als lichte personentreinen werd ingezet.

Ontwikkeling en bedrijf

Aan het eind van de eerste wereldoorlog was er een terkort ontstaan aan kolen, waardoor veel diensten werden geschrapt. De behoefte steeg dan ook om trajecten te elektrificeren, echter waren daar forse investeringen voor nodig. In het kanton Bern waren nog maar enkele lijnen geëlektrificeerd, maar met name de zijlijnen waren nauwelijks rendabel en er was dan ook geen geld om te investeren in elektrificatie van de lijnen en aanschaf van de daarbij benodigde elektrische locomotieven. Het Kanton Bern besloot vervolgens dat alle zijlijnen in het Kanton Bern geëlektrificeerd moesten worden, en stelde geld daarvoor ter beschikking. Zo ontstond een samenewerkingsverband in de vorm van de zogenaamde BLS-groep, bestaande uit de Spiez-Erlenbach-Bahn (SEB), Erlenbach-Zweisimmen-Bahn (SEB), Gürtelbahn (GTB), Bern-Schwarzenburg-Bahn (BSB) en de Bern-Neuenburg-Bahn (BN).

De BLS bestelde bij MFO 14 locomotieven van deze bouwserie, waarvan de het mechanische deel door SLM werd gebouwd. De eerste 7 locomotieven (301-307) zijn door MFO in 1920 afgeleverd. Van de andere 7 in 1920 afgeleverde locomotieven (308-314), is het electrische deel door BBC gebouwd, omdat de MFO deze niet tijdig zou kunnen afleveren. Later werden nog 3 locomotieven besteld als bouwserie Be 4/6 bij de BBC. In elk draaistel is een eigen aandrijfmotor gemonteerd, welke middels tandwielen een blinde as aandrijft. Via koppelstangen worden 2 assen aangedreven.

De locomotieven werden na aflevering vervolgens verdeeld over de diverse spoorwegmaatschappijen:

Verdeling locomotieven bouwserie Ce 4/6
Type Bedrijfsnummer Spoorwegmaatschappij
Ce 4/6 301-303 Bern-Lötschenberg-Simplon (BLS)
Ce 4/6 304-305 Spiez-Erlenbach-Bahn (SEB)
Ce 4/6 306-307 Erlenbach-Zweisimmen-Bahn (SEB)
Ce 4/6 308-312 Gürtelbahn (GTB)
Ce 4/6 313-314 Bern-Schwarzenburg-Bahn (BSB)
Be 4/6 315-317 Bern-Neuenburg-Bahn (BN)

De locomotieven van de bouwserie Ce 4/6 hadden een maximum snelheid van 65 km/h terwijl de laatste 3 locomotieven van het type Be 4/6 een maximumsnelheid van 75 km/h hadden.

In de periode 1954 t/m 1956 werden 10 locomotieven van de bouwserie Ce 4/6 (bedrijfsnummers 307 t/m 317) omgebouwd tot Bouwserie Ce 4/4. Vanaf 1968 werden de locomotieven buiten dienst gesteld omdat ze overbodig werden doordat er zwaardere locomotieven beschikbaar kwamen welke op deze lijnen werden ingezet. De als bouwserie Ce 4/6 overgebleven locomotieven (301 t/m 307) werden op de Ce 4/6 307 na, allen verschroot.

Bronnen:[1][2]


Waar zijn deze locomotieven nog te zien?

De locomotief Ce 4/6 307 is bewaard gebleven en in bezit van de stichting "BLS Stiftung". Zie: http://www.bls-stiftung.ch/ce-46.html. Deze is tevens in het bezit van een in 1957 tot Bouwserie Ce 4/4 omgebouwde Ce 5/6 met het bedrijfsnummer 312.

Bijzonderheden/Opmerkingen

Externe Verwijzingen

Diverse E-locs Bouwserie Ce 4/6


Bronnen, Referenties en/of Voetnoten


Modellen

Zwitserland.gif
Rivarossi H0 modellen bouwserie Ce 4/6 BLS

Art.nr. Type Intro-jr. Uitvoering Besturing Tijdperk Bedrijfsnr. Bedrijf Kleur Bijzonderheden Foto
Rivarossi HR2138 Ce 4/6 2012 Analoog DC (2rail) III 302 BLS Bruin - Rivarossi HR2139-Henk Bo.png
Rivarossi HR2139 Ce 4/6 2012 Digitaal AC (3rail) III 302 BLS Bruin - Rivarossi HR2139-Henk Bo.png
Rivarossi HR2455 Ce 4/6 2014 Analoog DC (2rail) IV 307 BLS Bruin - -
Rivarossi HR2456 Ce 4/6 2014 Digitaal AC (3rail) IV 307 BLS Bruin - -

Stoomlocomotieven: A 2/4 - A 3/5 - B 2/3 - B 3/4 - C 3/3C 5/6 - SNB D 1/3 - Eb 3/5 - Ec 3/5 (BLS) - E 3/3CZm 1/2
Diesellocomotieven: Am 4/4 - Am 4/4 (V200) - Am 4/6 - Am 6/6 - Bm 4/4 - Bm 4/4 II - Bm 6/6 - Em 3/3 - Am 840 - Am 841 - Am 842 - Am 843 - Am 845
Elektrische locomotieven: Ae 3/5 - Ae 3/6 I - Ae 3/6 II - Ae 3/6 III - Ae 4/4 (BLS) - Ae 4/6 - Ae 4/6 III - Ae 4/7 - Ae 4/8 - Ae 6/6 – Ae610 - Ae 6/8 (BLS) - Ae 8/8 (BLS) - Ae 8/14 - Be 2/5 - Be 3/5 - Be 4/4 - Be 4/6 - Be 4/7 - Be 6/8 - Ce 4/4 (BLS) - Ce 4/6 (BLS) - Ce 6/6 - Ce 6/8 I - Ce 6/8 II - Ce 6/8 III - De 4/4De 6/6Ee 3/3 - Ee 6/6 - Eem 923 - Ge 4/4 - Re 4/4 - Re 425 (BLS) - Re 4/4 I - Re 4/4 II – Re 420 - Re 4/4 III – Re 430 - Re 4/4 IV - Re 446(SOB) - Re 4/4 V – Re 450 - Re 456 - Re 460 - Re 465 - Re 474 - Re 481 - Re 482 - Re 484 - Re 485 (BLS) - Re 486 (BLS) - Re 6/6 – Re 620 - HGe 4/4 II
Treinstellen (Diesel): RCm 2/4 - BDm 2/4 - CFm 2/4 - Dm 2/4 - RAm TEE - RAm 501 - RAm 502
Treinstellen (Elektr): ABe 4/16 - BDe 4/4 - BDe 4/4II - Ce 2/4 - Ce 4/4 - Ce 4/6 - CLe 2/4 (rode pijl) - RABDe 500 - RABe 501 - RABDe 502 - RABDe 8/16 - RABe EC - RABe 511 - RABe 514 - RABe 515 (BLS) - RABe 520 - RABe 521 - RABe 522 - RABe 523 - RABe 524 - RABe 525 (BLS) - RABe 526 (BLS) - RABe 526.6 - RABe 526.7 - RABe 535 (BLS) - RAe 4/8 (Churchill pijl) - RAe TEE II - RBDe 560 - RBDe 566 - RBDe 4/4 - RBe 4/4 - RBe 540