Type 6: verschil tussen versies
(Nieuwe pagina aangemaakt met '<small> {| class="wikitable" style="float:right; width:24%;border color#4682B4" ! colspan="2" style= "background:#b24c4c; color:white" |'''HLV 6 - Type 6<br/>"Atlan...') |
|||
Regel 42: | Regel 42: | ||
== Ontwikkeling en Bedrijf == | == Ontwikkeling en Bedrijf == | ||
− | + | Vanwege het groeiende verkeer over het spoor en de behoefte aan snellere treinen, werd in 1904 door de Belgische Staatsspoorwegen besloten om samengestelde locomotieven te bestellen voor passagierstreinen, die het systeem van de Glehn gebruikten. Na testen met een aantal Franse locomotieven, werd besloten om 2 nieuwe reeksen locomotieven te laten bouwen: | |
* Type 6: een "Atlantic" voor sneltreinen, geschikt voor maximaal 120 km/h. | * Type 6: een "Atlantic" voor sneltreinen, geschikt voor maximaal 120 km/h. | ||
Regel 59: | Regel 59: | ||
In 1932 wordt de locomotief met het bedrijfsnummer 600 ter zijde gesteld. In 1939 volgde hetzelfde lot voor de 601 en 606. | In 1932 wordt de locomotief met het bedrijfsnummer 600 ter zijde gesteld. In 1939 volgde hetzelfde lot voor de 601 en 606. | ||
− | Tijdens de 2e Wereldoorlog worden de resterende locomotieven van het Type 6, ingezet op een breed scala van diensten. De 605 raakt gedurende de oorlog zwaar beschadigd en onbruikbaar. Ze werd in 1946 afgeschreven. De 5 overgebleven locomotieven werden in 1946 hernummerd en kregen de bedrijfsnummers 6.001 t/m 6.006. Ze werden echter niet meer ingezet. in 1948 werd de laatste locomotief van het Type 6 (de 6.003) welke zich in het depot van Berchem bevond, ter zijde gesteld. | + | Tijdens de 2e Wereldoorlog worden de resterende locomotieven van het Type 6, ingezet op een breed scala van diensten. De 605 raakt gedurende de oorlog zwaar beschadigd en onbruikbaar. Ze werd in 1946 afgeschreven. De 5 overgebleven locomotieven werden in 1946 hernummerd en kregen de bedrijfsnummers 6.001 t/m 6.006. Ze werden echter niet meer ingezet. in 1948 werd de laatste locomotief van het Type 6 (de 6.003) welke zich in het depot van Berchem bevond, ter zijde gesteld. |
== Waar zijn deze locomotieven nog te zien? == | == Waar zijn deze locomotieven nog te zien? == |
Versie van 16 mrt 2019 13:58
HLV 6 - Type 6 "Atlantic" | |
---|---|
Spoorwegmij's | l'Etât Belge NMBS/SNCB |
Bedrijfsnummers | l'Etât Belge: 3305-3312, 3372-3375 NMBS 1931: 600-608 NMBS 1946: 6.001 - 6.009 |
Fabrikanten | Cockerill |
Aantal gebouwd | 12 stuks |
Bouwjaren | 1905-1908 |
Asvorm | 2B1 Atlantic |
Wiel diameters | Drijfwielen:Ø 198 cm Voorloop:Ø 90 cm Achterloop:Ø 145 cm |
Lengte loc incl. tender | mm |
Keteldruk | 16 kg/cm2 |
Verdampingsoppervlak | m2 |
Dienstgewicht | 75,5 t |
Vermogen | Pk |
Max.snelheid | 120 km/h |
Remmen | |
Uitdienst | 1948 |
Stoomlocomotief Type 6 / HLV 6
De Type 6 waren stoomlocomotieven van de Chemin de fer de l'État Belge (Belgische Staatsspoorwegen), later overgegaan in de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS/SNCB) welke werden ingezet voor de hogesnelheidstreinen.
Ontwikkeling en Bedrijf
Vanwege het groeiende verkeer over het spoor en de behoefte aan snellere treinen, werd in 1904 door de Belgische Staatsspoorwegen besloten om samengestelde locomotieven te bestellen voor passagierstreinen, die het systeem van de Glehn gebruikten. Na testen met een aantal Franse locomotieven, werd besloten om 2 nieuwe reeksen locomotieven te laten bouwen:
- Type 6: een "Atlantic" voor sneltreinen, geschikt voor maximaal 120 km/h.
- Type 8: een "Ten Wheel" voor passagierstreinen, beperkt tot 100 km/h.
Het eerste Type was ontworpen om sneltreinen met een gematigd tonnage normale trajecten te leveren, terwijl het 2e Type voornamelijk op middelgrote of zware heuvelachtige trajecten of op zware en snelle treinen was ontwikkeld. De Type 6 locomotieven, gebouwd door Cockeril werden aanvankelijk als "Atlantic" aangeduid aangezien het Type 6 reeds in gebruik was. Pas in 1925, nadat de oude locomotieven van het Type 6 allen ter zijde waren gesteld, werden de locomotieven ingedeeld als Type 6. In tegenstelling tot type 8 werd slechts een klein aantal locomotieven besteld. De eerste 2 prototypes werden in 1905 geleverd (nummers 3311 en 3312). In September 1906 wordt een aanvullende bestelling van 5 exemplaren besteld (nummers 3306 t/m 3310). In Oktober 1907 wordt een laatste bestelling geplaatst van 5 exemplaren (nummers 3305 en 3372 t/m 3375). De locomotieven hadden dezelfde ketel als het Type 12. Omdat de Type 6 locomotieven teleurstellende resultaten leverde, werd besloten om verder geen locomotieven van dit type meer aan te schaffen.
De locomotieven werden ingezet als sneltreinen en bloktreinen op o.a. het traject Brussel - Oostende en Brussel - Antwerpen. Ze werden sporadisch ingezet op treinen naar Parijs. Met hun topsnelheid van 120 km/h waren ze in die periode de snelste locomotieven in België.
Na de 1e wereldoorlog ontbreken 6 locomotieven. De locomotieven 3310, 3312 en 3372 werden als verloren beschouwd en waren waarschijnlijk tijdens de oorlog vernietigd. Drie andere exemplaren bleken zich in Duitsland te bevinden en werden weer teruggehaald en ingebruik genomen. In 1926 worden alle nog in gebruik zijnde Type 6 locomotieven toegewezen aan Oostende en vervolgens aangepast in Berchem in 1928. In 1931 worden de locomotieven hernummerd en krijgen de bedrijfsnummers 600 t/m 608. Ze werden ingezet voor het trekken van treinstellen tussen Antwerpen Lille (via Mechelen en Kortrijk), Antwerpen en Luik (via Leuven) of Antwerpen en Charleroi.
De elektrificatie van de Lijn Brussel-Antwerpen in 1935 maakt een einde aan hun dienst tussen deze twee steden. Ze zullen geleidelijk worden herschikt op sneltreinen naar Roosendael en andere bestemmingen in de provincie Antwerpen en Limburg.
In 1932 wordt de locomotief met het bedrijfsnummer 600 ter zijde gesteld. In 1939 volgde hetzelfde lot voor de 601 en 606.
Tijdens de 2e Wereldoorlog worden de resterende locomotieven van het Type 6, ingezet op een breed scala van diensten. De 605 raakt gedurende de oorlog zwaar beschadigd en onbruikbaar. Ze werd in 1946 afgeschreven. De 5 overgebleven locomotieven werden in 1946 hernummerd en kregen de bedrijfsnummers 6.001 t/m 6.006. Ze werden echter niet meer ingezet. in 1948 werd de laatste locomotief van het Type 6 (de 6.003) welke zich in het depot van Berchem bevond, ter zijde gesteld.
Waar zijn deze locomotieven nog te zien?
- Helaas is er geen enkel exemplaar van het Type 6 bewaard gebleven.
Bronnen:[1]
Verwijzingen
Intern
Extern
Diverse Stoomlocomotieven HLV 6 / Type 6
Bronnen, Referenties en/of Voetnoten
|
Modellen
- Er zijn nog geen H0 modellen bekend van het Type 6