Bouwserie V 15: verschil tussen versies
(Nieuwe pagina aangemaakt met '{| class="wikitable" style="float:right; width:24%;border color#4682B4" ! colspan="2" style= "background:#b24c4c; color:white" |'''V 15 / BR 101 (DR)<br/>V 23 / BR...') |
|||
Regel 78: | Regel 78: | ||
| | | | ||
− | == <sup>Bronnen, Referenties en/of Voetnoten</sup> == <sup><references></references></sup> | + | == <sup>Bronnen, Referenties en/of Voetnoten</sup> == |
+ | <sup><references></references></sup> | ||
|} | |} | ||
− | |||
== Modellen == | == Modellen == |
Versie van 9 okt 2017 20:17
V 15 / BR 101 (DR) V 23 / BR 102.0 (DR) BR 311, BR 312.0 (DB) | |
---|---|
Spoorwegmij's | diverse |
Bedrijfsnummers | - |
Fabrikanten | LKM Babelsberg |
Aantal gebouwd | ? stuks |
Bouwjaren | 1958 - 1976 |
Uitdienst | vanaf 1992 |
Asvorm | B |
Lengte over de buffers | 6.940 mm |
Dienstgewicht | 20-24 t |
Max.snelheid | V 15: 35 km/h V 23: 42 km/h |
Vermogen | 110 - 162 kW |
Aanvangskracht | V 15: 66 kN V 23: 80 kN |
Bouwwijze motor | MWJ 6 KVD 18 SRW ER 6 VD 18/15-1 SRW |
Overdracht vermogen | Dieselhydraulisch |
Brandstof-tankinhoud | 350, 400 ltr. |
Remmen | K- GP m. Z. |
Bouwserie V 15 / V 23 (DR)
De locomotieven van de bouwserie V 15 zijn kleine dieselhydraulische locomotieven voor het lichte rangeerwerk. De locomotieven werden gebouwd door de Oost-Duitse fabrikant Lokomotivbau Karl-Marx (LKM). Vanaf 1970 werden de locomotieven bij de Deutsche Reichsbahn heringedeeld als bouwserie 101. Vanaf 1966 werd een kachtiger versie ontwikkeld met een vermogen van 162 kW welke in 1968 bij de Deutsche Reichbahn in diensr werd gesteld en als bouwserie V 23 werd ingedeeld. Vanaf 1970 werden de V 23 heringedeeld als bouwserie 102.0. Bij de samenvoeging met de Deutsche Bundesbahn in 1992, werd de bouwserie 101 heringdeeld als bouwserie 311 en de bouwserie 102.0 als bouwserie 312.
Ontwikkeling en Bedrijf
Door de 2e wereld oorlog was er begin jaren '50 een te kort aan kleine rangeer-locomotieven, en werden een aantal locomotieven van de Leistungsklasse II (zoals de Kö II, Köf II en N 4) opnieuw gebouwd. Daarnaast werd door de Deutsche Reichsbahn een eisenpakket samengesteld voor een lichte rangeerlocomotief met een vermogen van 110-132 kW. De LKM Babelsberg stelde voor om op basis van de bestaande LKM V 10 B een locomotief te bouwen die het gewenste vermogen zou hebben.
In 1958 werden een prototype van de LKM V 15 met een vermogen van 110 kW, geleverd aan de Deutsche Reichsbahn. Na een succesvolle testperiode, werd de locomotief echter verkocht aan het Institut für Schienenfahrzeuge Berlin-Adlershof (IfS). Wel resulteerde het in een opdracht van de DR voor de bouw van een serie van 20 stuks in 1959/60. Vanaf 1960 volgde meerdere bestellingen van deze V 15, zij het met een zwaardere motor met een vermogen van 132 kW. De V 15 locomotieven bevielen de Deutsche Reichsbahn goed en tot aan 1966 werden meerdere series van deze loc gebouwd.
In 1966 werd door LKM Babelsberg de V 22 B ontwikkeld en gebouwd, gebaseerd op de V 15, maar met een vermogen van 162 kW en een sterkere aandrijving. De Deutsche Reichsbahn bestelde de eerste locomotief van deze bouwserie in 1968. Daarop volgend werden tot 1970 nog eens 79 stuks geleverd aan de DR. Tot een aanvullende bestelling kwam het niet, aangezien de DR de nieuwe DR-Bouwserie 102.1 van LKM prefereerde. Voor industriebanen werd de locomotief nog tot 1976 aan diverse andere ondernemingen geleverd.
In 1975 werd nog een ombouwprogramma voor de versleten dieselmotoren van de V 15 locomotieven opgestart waarbij de motor vervangen werd door een GSU 20/4,2 motor. De aangepaste locomotieven werden hierna ingedeeld als bouwserie V 23.0, later heringedeeld als bouwserie 1015-7
Na de hereniging met de Deutsche Bundesbahn werden de locomotieven ingedeeld als DR-bouwserie 101 en vanaf 1992 heringedeeld als bouwserie 311. De DR-bouwserie 102.1 werd heringedeeld als bouwserie 312. Hierna volgde als snel de terzijde stelling van deze locomotieven bij de Deutsche Bundesbahn en werd een groot deel verschroot. Enkele exemplaren bleven bij de DB nog een periode in dienst voor gereedschaps en baanwerkzaamheden locomotieven.
Waar zijn deze locomotieven nog te zien?
Een relatief groot aantal van de V 15 en V 23 locomotieven zijn bewaard gebleven en in het bezit van verenigingen en Spoorwegmuseu.
- Loc 102 001–5 (V 23) is bewaard gebleven en bevindt zich in het DB Museum in Halle (Saale).
- wikipedia : DR-Baureihe_V_15[1]
Verwijzingen
Intern
Extern
Diverse Diesellocs V 15 / V 23
Bronnen, Referenties en/of Voetnoten |
Modellen
|
|