Bouwserie V 160
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
| Baureihe V 160/216 | |
|---|---|
| Spoorwegmij's | DB |
| Bedrijfsnummers |
V 160 001–154 |
| Fabrikanten |
Henschel |
| Aantal gebouwd | 224 stuks |
| Bouwjaren |
1960 (voorserie) |
| Uitdienst | 2003 |
| Asvorm | B'B' |
| Lengte over de buffers | 16.000 mm |
| Dienstgewicht | 76,7 t |
| Max.snelheid | 120 km/h |
| Vermogen | 1400 kW |
| Aanvangskracht | 240 kN |
| Diameter aandrijfwielen | 1.000 mm |
| Bouwwijze motor |
MTU MD16 V 538 TB 10 (voorserie) |
| Overdracht vermogen | Hydraulisch |
| Brandstof-tankinhoud | 2700 ltr. |
| Remmen | Druklucht |
Diesellocomotief Baureihe V 160/216
Ontwikkeling en Bedrijf
De eerste V160 (prototype) werd gebouwd door de firma Krupp en werd in 1960 afgeleverd aan de DB. Het had bedrijfsnummer V160 001 en had een afgeronde neus. Hierna volgden nog een aantal van deze voorserie locomotieven (V160 002 t/m 009) welke de bijnaam “Lollo” kregen, genaamd naar de Italiaanse filmster Gina Lollobrigida. De serie locomotieven werden ingezet in reizigers en goederentreinen op alle niet geëlektrificeerde lijnen van de DB. In 1963 werd de eerste V160 (V160 010) met een ander front geleverd en kreeg de V160 een nieuw uiterlijk.
De locomotieven bereikten een topsnelheid van 120 km/h.
De voorserie locomotieven werden tussen 1978 en 1984 buiten dienst gesteld.
Van de BR216 locomotieven werden bij de DB de laatste locomotieven in 2004 buiten dienst gesteld.
| Baureihe 210 | |
|---|---|
| Spoorwegmij's | DB |
| Bedrijfsnummers | 210 001–008 |
| Fabrikanten | Krupp |
| Aantal gebouwd | 8 |
| Bouwjaren | 1970-1971 |
| Uitdienst | 2004 |
| Asvorm | B’B’ |
| Lengte over de buffers | 16.400 mm |
| Dienstgewicht | 82 t |
| Max.snelheid | 160 km/h |
| Vermogen |
1839 kW/ 2500 PK (Diesel) |
| Aanvangskracht | 235 kN |
| Diameter aandrijfwielen | 1000 mm |
| Bouwwijze motor |
1 V12-Zylinder-Diesel |
| Overdracht vermogen | Hydraulisch |
| Brandstof-tankinhoud | 3690 ltr. |
| Remmen | Hydrodynamisch |
Baureihe 210
Op sommige trajecten bleek behoefte aan meer vermogen. Dat was de reden dat een variant met een aanvullende gasturbine werd ontwikkeld. In 1970 en 1971 werden door de firma Krupp dan ook 8 van deze locomotieven gebouwd en aan de DB geleverd.
Aanvankelijk voldeed de Baureihe 210 prima waar hij voor bedoeld was. Pas in 1978 traden problemen op met de gasturbine, waardoor een onderzoek gestart werd en de locomotieven tijdelijk buiten dienst gesteld werden tot het onderzoek was afgerond. Het bleek dat er sprake was van materiaalmoeheid bij een aantal aanloop tandwielen. Deze werden dan ook vervangen, waarna de Baureihe 210 weer in bedrijf werd genomen. Uiteindelijk bleek de levensduur van deze gasturbines tegen te vallen en werd de Baureihe 210 vanwege te hoge reparatie / vervangingskosten van de turbines, buiten dienst gesteld. De locomotieven werden van hun gasturbines ontdaan en werden omgebouwd naar de Baureihe 218.9
| Baureihe 218 | |
|---|---|
| Spoorwegmij's | DB |
| Bedrijfsnummers |
218 001–012 |
| Fabrikanten |
Henschel |
| Aantal gebouwd |
12 stuks prototype |
| Bouwjaren | 1968; 1971–1979 |
| Uitdienst | - |
| Asvorm | B’B’ |
| Lengte over de buffers | 16.400 mm |
| Dienstgewicht | 80 t |
| Max.snelheid | 140 km/h , 160 km/h |
| Vermogen |
1839 kW/ 2500 PK (MTU TB10) |
| Aanvangskracht | 235 kN |
| Diameter aandrijfwielen | - mm |
| Bouwwijze motor |
1 V12-Cilinder-Diesel of |
| Overdracht vermogen | Hydraulisch |
| Brandstof-tankinhoud | 3150 ltr. |
| Remmen | Hydrodynamisch |
Baureihe 218
In 1966 gaf de DB opdracht voor de bouw van 12 voorserie locomotieven van de BR218 (V164). Deze werden gebouwd door de firma Krupp, en werden in 1968 afgeleverd aan de DB. De Baureihe 218 is een multifunctionele diesellocomotief. Dit wil zeggen dat hij zowel voor passagiers als goederenvervoer kan worden ingezet. De BR218 is de laatste doorontwikkeling van de serie V160/BR216 locomotieven. Bij de ontwikkeling van de BR218 is gebruik gemaakt van de electrische treinverwarming van de BR217, de dieselmotor is dezelfde als die gebruikt werd in de BR215. In de periode 1971-1979 werden nog eens 398 van deze locomotieven gebouwd en geleverd aan de DB. De locomotieven haalden een topsnelheid van 140 km/h en zijn momenteel nog steeds in gebruik bij de DB. In totaal zijn nog zo’n 60% van de locomotieven in dienst. Momenteel staan er nog geen opvolgers te wachten dus we kunnen voorlopig van ze blijven genieten.
Locomotief 218 217-8 kreeg als enige de TEE kleuren wijnrood/beige. In 1984 kregen 10 locomotieven een oranje kleur voor het project CityBahn. Daarnaast is er nog een aantal andere kleuren gebruikt zoals geel voor de railbouw onderneming “Wiebe” van de DB en een door Märklin gesponsorde locomotief in donkerblauwe “Koning Lüdwig” lak.
Bronnen:
Waar zijn deze locomotieven nog te zien?
Bijzonderheden/Opmerkingen
Kleuren schema’s DB:
| Kleuren schema DB | |
|---|---|
| Periode | Kleurstelling |
| Vanaf 1960 | Oud rood |
| Vanaf 1975 | Beige / Oceaanblauw |
| Vanaf 1988 | Oriëntrood |
| Vanaf 1997 | Verkeersrood |
Literatuur
Externe verwijzingen
Diverse Diesellocs Baureihe V 160
- Diverse Grootspoor afbeeldingen Dieselloc. Baureihe V 160
V 160 voorserie 
BR 216 – 216 083 Rheine 1974 
BR 216 –Rheine 1975 
BR 216 224-6 in Oceaanblauw/beige kleuren, EBM Emmerich 
BR 216 – 216 014-1 in Oriëntrood 
BR 218 – 218 473 Hanover Hbf 12-6-2010
.jpg)
Bronnen, Referenties en/of Voetnoten
|
Modellen
Märklin H0 modellen
|
|
|
Märklin Z modellen
|
Märklin Spoor 1 modellen
|
Piko H0 modellen
|
|
|
|
|
|
|
Roco H0 modellen
|
|
