Krauss-Maffei ML 2200 C’C’: verschil tussen versies
k |
k (→Modellen) |
||
(Een tussenliggende versie door dezelfde gebruiker niet weergegeven) | |||
Regel 63: | Regel 63: | ||
<br style="clear:both" /> | <br style="clear:both" /> | ||
− | + | Bronnen: wikipedia : Krauss-Maffei_ML_2200_C’C’<ref>Wikipedia: [https://de.m.wikipedia.org/wiki/Krauss-Maffei_ML_2200_C’C’ https://de.m.wikipedia.org/wiki/Krauss-Maffei_ML_2200_C’C’] </ref> | |
== Verwijzingen == | == Verwijzingen == | ||
Regel 89: | Regel 89: | ||
== Modellen == | == Modellen == | ||
+ | === Märklin H0 modellen === | ||
{{Märklin-ML2200-modellen}} | {{Märklin-ML2200-modellen}} | ||
+ | === Märklin Z modellen === | ||
+ | {{Märklin-z-v300-modellen}} | ||
---- | ---- | ||
{{Navigatie-grootspoor-DB(1949-1993)}} | {{Navigatie-grootspoor-DB(1949-1993)}} | ||
[[Categorie:Diesellocs]][[Categorie:Diesellocs Duitsland]] | [[Categorie:Diesellocs]][[Categorie:Diesellocs Duitsland]] |
Huidige versie van 3 mei 2020 om 10:05
ML 2200 C’C’ V 300 / BR 230 JŽ D 66 / JŽ 761 ML 3000 C’C’ | |
---|---|
Spoorwegmij's | JŽ, MAV, DB. |
Bedrijfsnummers | ML 2200 C’C’: Jugoslavië: JŽ D 66-001 "Dinara" JŽ D 66-002 "Kozara" JŽ D 66-003 "Sutjeska" later: JŽ 761 001- 761 003 ML 3000 C’C’ Hongarije: MÁV M 61 2001 (1960) DB:V 300 001 (1963–1968) 230 001-0 (vanaf 1968) |
Fabrikanten | Krauss-Maffei |
Aantal gebouwd | 4 stuks |
Bouwjaren | 1957, 1958 |
Uitdienst | 1975 |
Asvorm | C'C' |
Lengte over de buffers | 20.270 mm |
Dienstgewicht | 96 t / 104 t |
Max.snelheid | 120 km/h 140 km/h |
Vermogen | 2×809 kW / 2×1103 kW |
Aanvangskracht | 319 kN |
Bouwwijze motor | 2 × V12-Cylinder-Diesel |
Overdracht vermogen | Dieselhydraulisch |
Brandstof-tankinhoud | - ltr. |
Remmen | Drukluchtremmen K-GPR mZ, later WS-GPP2R mZ |
Bouwserie ML 2200 C’C’
De locomotieven van de bouwserie ML 2200 C’C’ zijn zware dieselhydraulische locomotieven, gebouw door Krauss-Maffei en ontworpen voor de Jugoslavische staatsspoorwegen (Jugoslovenske Železnice, JŽ). De ML 2200 C’C’, was een 6-assige variant welke was afgeleid van de Bouwserie V 200. De Jugoslavische spoorwegen schafte in 1957 3 exemplaren aan welke als bouwserie D 66 met de bedrifsnummers D66-001 t/m D66-003 bij de JŽ werden ingedeeld. Later werden ze heringedeeld als bouwserie 761 met de bedrijfsnummers 761-001 t/m 761-003.
Krauss-Maffei bouwde in 1957 nog een 4e exemplaar op eigen kosten, waarmee testritten in Oostenrijk op de Semmering-bahn plaatsvonden. In Oktober van hetzelfde jaar werden tijdens testritten op de Schwarzwaldbahn teleurstellende resultaten genoteerd betreffende de maxiumsnelheid van de locomotief. Krauss-Maffei besloot daarom de locomotief om te bouwen. In mei 1958 waren de ombouwwerkzaamheden gereed en was het resultaat een locomotief die als ML 3000 C’C’ werd aangeduid. In 1963 huurdede Deutsche Bundesbahn deze locomotief en deelde haar in als bouwserie V 300 met bedrijsnummer V 300 001. In 1968 werd de locomotief bij de DB heringedeeld als bouwserie 230 en kreeg ze het bedrijfsnummer 230 001-0.
Ontwikkeling en Bedrijf
In 1955 werden door Krauss-Maffei in samenwerking met de Deutsche Bundesbahn testritten met de Bouwserie V 200 uitgevoerd in Turkije, Griekenland en Jugoslaviē. Hierbij werd de interesse gewekt van de Jugoslavische staatsspoorwegen JŽ, die 3 locomotieven bestelde in 1956, maar omdat de aslast op de Jugoslavische trajecten maximaal 16 ton aankon, werd door Krauss-Maffei besloten om een 6-assige variant van de V 200 te ontwikkelen. Dit resulteerde in de bouwserie ML 2200 C’C’, waarvan in 1957 3 stuks werden afgeleverd aan de JŽ. De locomotieven werden alle drie met een lichtgrijze met blauwe kleurstelling afgeleverd.
Na een korte periode in de reguliere dienst, werden de locomotieven voor een lange periode (tot midden jaren '80) ingezet voor het trekken van de overheidstrein van president Josip Broz Tito. Hierna werden de locomotieven in de reguliere dienst ingezet tot 1991 en waren gestationeerd in depot Subotica. In 2007 werden de locomotieven in desolate toestand overgebracht naar Hongarije waar ze in het Topčider spoorwegmuseum in Belgrado zijn ondergebracht.
ML 3000 C’C’
Tijdens testritten op de Schwarzwaldbahn in Oktober 1957, vielen de prestaties van de 4e door Krauss-Maffei gebouwde ML 2200 C’C’ tegen voor wat betreft de maximum snelheid. Men besloot dan ook om de locomotief om te bouwen. De ombouw duurde tot Mei 1958 en resulteerde in een verbeterde locomotief die ML 3000 C’C’ als type aanduiding kreeg. De locomotief werd in het Crèmewit met rood met 2 witte sierlijnen geschilderd.
In Juli 1958 vonden testritten met de nieuwe ML 3000 C’C’ plaats op de Schwarzwaldbahn, later gevolgd door testritten op de Mittenwaldbahn, de Allgäubahn en op de Semmeringbahn in Oostenrijk. Tevens vonden in 1960 testritten in Hongarije plaats waarbij de loc het bedrijfsnummer M 61 2001 had. Buiten deze testritten was de loc gestationeert in Frankfurt-Griesheim en later in Hamm.
Vanaf 1963 werd de ML 3000 C’C’ locomotief gehuurd door de Deutsche Bundesbahn (DB) welke haar indeelde als bouwserie V 300 met het bedrijfsnummer V300 001. In 1964 besloot de DB tot aankoop van de locomotief en werd ze in een grijs met rode kleur zoals de locomotieven van de Bouwserie V 200 geschilderd en werd ingezet als sneltrein en goederentrein vanuit Hamm. In 1968 werd de loc heringedeeld als bouwserie 230 en kreeg ze het bedrijfsnummer 230 001-0.
In 1975 werd de 230 001-0 ter zijde gesteld. In 1977 werd ze verkocht aan de Italiaanse locmotiefhandelaar Bulfone in Udine, maar de koopovereenkomst werd uiteindelijk ontbonden waarna de locomotief in 1978 terugkeerde naar Duitsland. In 1980 is ze verschroot in Penzberg.
Waar zijn deze locomotieven nog te zien?
Bronnen: wikipedia : Krauss-Maffei_ML_2200_C’C’[1]
Verwijzingen
Intern
Extern
Diverse Diesellocs ML 2200 C’C’
Bronnen, Referenties en/of Voetnoten |
Modellen
Märklin H0 modellen
|
Märklin Z modellen
|