Pruisische S 5.2
| Pruisische S 5.2 Bouwserie 136-8 (DR) | |
|---|---|
| Spoorwegmij's | K.P.St.E. DR |
| Bedrijfsnummers | K.P.St.E.: 501 - 600< DR: 13 651 - 13 850 |
| Fabrikanten | Vulcan, Schichau |
| Aantal gebouwd | 367 stuks |
| Bouwjaren | 1905–1911 |
| Uitdienst | 1931 |
| Asvorm | 2’B n2v |
| Wiel diameters | Drijfwielen: Ø 198 cm Voorloop: Ø 100 cm |
| Lengte loc incl. tender | 17.761 mm |
| Keteldruk | 12 kg/cm2 |
| Verdampingsoppervlak | 136,38 m² |
| Aantal Cylinders | 2 |
| Dienstgewicht | 53,6 t |
| Max.snelheid | 100 km/h |
| Vermogen | 571 kW |
Stoomlocomotief Pruisische S 5.2
De Pruisische S 5.2 stoomlocomotieven van de Koninklijke Pruisische Staatsspoorwegen (K.P.St.E.) waren stoomlocomotieven die ingezet werden voor sneltreindiensten. In 1923 werden de locomotieven overgenomen door de Deutsche Reichsbahn waar ze ingedeeld werden als bouwserie 136-8.
Ontwikkeling en Bedrijf
Terwijl de Pruisische S 5.1 locomotieven niet aan de verwachtingen voldeden, werd er door de fabrikant AG Vulcan in Stetting een verbeterde uitvoering van de Pruisische S 3 gebouwd met een grotere en hoger gepositioneerde ketel en grotere cylinders werden toegepast. Deze locomotieven werden aanvankelijk als versterkte S 3 ingedeeld, maar vanaf 1911 als Pruisische S 5.2. De Pruisische Staatsspoorwegen schafte tussen 1905 en 1911 in totaal 367 exemplaren van de S 5.2 aan welke gebouwd werden door Vulcan en door Schichau. Ze werden voorzin van een sleeptender van het type pr 2’2’ T 16 en pr 2’2’ T 21,5. Ook schafte de Lübeck-Büchener Eisenbahn (LBE) 7 exemplaren van de S 5.2 aan evenals de Oldenburgse Staatsspoorwegen (G.O.E.) welke 11 exemplaren aanschafte en indeelde als Oldenburgse S 5.
In 1923 werden nog 301 locomotieven van de S 5.2 opgenomen in het omnummeringsplan van de Deutsche Reichsbahn als bouwserie 13.6-8, waarvan er in 1925 uiteindelijk nog 200 in dienst werden genomen en de bedrijfsnummers 13 651 t/m 13 850 kregen. Ze werden tussen 1928 en 1931 ter zijde werden gesteld.
In de 2e wereldoorlog kwamen nog 22 exemplaren van de Pruisische S 5.2 terug uit Polen, waar ze als PKP-Reihe Pd4 waren ingedeeld. De Deutsche Reichsbahn voegde deze locomotieven weer toe aan haar bestand en deelde ze im als bouwserie 13 met de bedrijfsnummers 13 002 t/m 13 021, 13 303 en 13 338. Na de 2e wereldoorlog werden de locomotieven die zich nog op grondgebied van de DDR bevonden, in 1955/1956 teruggegeven aan Polen.
De S 5.2 van de Lübeck-Büchener Eisenbahn
Na het succes van de S 5.2 bij de Pruissische Staatsspoorwegen, besloot de Lübeck-Büchener Eisenbahn (LBE) tussen 1907 en 1911 zeven exemplaren aan voor de sneltreindiensten. De uitvoering van de S 5.2 werd voor de LBE voorzien van kleinere 3-assige sleeptenders. De locomotieven werden op één na tot 1931 ter zijde gesteld. De nog in dienst zijnde locomotief werd in 1938 overgenomen door de Deutsche Reichsbahn en kreeg het bedrijfsnummer 13 001. Deze loc ging in 1944 in Polen verloren.
Waar zijn deze locomotieven nog te zien?
Bronnen:Wikipedia: Pruisische S 5.2[1]
Verwijzingen
Intern
- Königlich Preußische Staatseisenbahnen (K.P.St.E.)
- Overzicht Grootspoormaterieel Königlich Preußische Staatseisenbahnen
Extern
Diverse Stoomlocomotieven Pruisische S 5.2 - Bouwserie 136-8 (DR)
- Diverse Grootspoor afbeeldingen Stoomlocomotief BR 13.6-8 (DR) / Pruisische S 5.2
Pruisische S 5.2
Bronnen, Referenties en/of Voetnoten |
Modellen
|
|
