Bouwserie 401
Bouwserie 401 ICE-1 | |
---|---|
Spoorwegmij's | DB |
Aantal | 60 stuks, waarvan: 401: 60 stuks 401.5: 60 stuks Amvz 801: 138 stuks Amvz 801.8: 60 stuks Bvmz 802: 376 stuks Bvzm 802.9: 26 stuks BSmz 803: 60 stuks WSmz 804: 60 stuks |
Bedrijfsnummers | 401 001 - 401 020 401 501 - 401 520 401 051 - 401 071 401 551 - 401 571 401 072 - 401 090 401 572 - 401 590 |
Fabrikant | AEG ABB Henschel Krauss-Maffei Krupp Siemens e.a. |
Bouwjaar | 1989 - 1993 |
Asvorm | Bo'Bo'+2'2'+2'2'+2'2'+2'2'+2'2'+2'2' +2'2'+2'2'+2'2'+2'2'+2'2'+2'2'+Bo'Bo' |
Lengte | 358.000 mm 20.560 mm (kopdeel) |
Dienstgewicht | 795 t |
Max. snelheid | 280 km/h |
Vermogen | 2x 3400 kW |
Aanvangskracht | 2x 200 kN |
Stroomsysteem | ~ 15 kV/16 2/3 Hz |
Remmen | elektrische rem schijfrem |
Uit dienst | - |
Bouwserie 401
De Bouwserie 401, ook wel ICE 1 genoemd, is een elektrische hogesnelheidstrein voor het langeafstands-personenvervoer van de Deutsche Bahn. Een trein bestaat uit een motorwagen van het type 401.0 en 12 tussenwagens van het type Br 801, Br 802, Br 803, Br 804 en een motorwagen van het type 401.5.
Ontwikkeling en Bedrijf
De opdracht voor de ontwikkeling van de ICE-motorwagens werd in maart 1986 openbaar gemaakt, tegen het eind van het jaar waren de opdrachten vergeven. In september 1987 bestelde de Deutsche Bundesbahn 82 motorwagens. Daarvan waren alleen de tien op 13 januari 1987 door de minister van verkeer toegezegde treinstellen zeker.
Op 13 juli 1988 stemde het verkeersministerie in Duitsland in met de daadwerkelijke aanschaf van 41 treinstellen. Het formele contract voor de opdracht volgde op 20 januari 1989. De eerste motorwagen zou augustus 1989 geleverd worden, de testfase moest voorjaar 1990 ingaan.
Eind juli 1990 bestelde de Bundesbahn nog eens 19 treinstellen. Deze treinstellen werden ook geschikt gemaakt voor het verkeer in Zwitserland. Zij maakten ICE-verkeer over Bazel en Bern naar Interlaken en Zürich mogelijk.
De serieproductie van de motorwagens begon herfst 1988. De eerste motorwagen werd op 26 september 1989 door Krauss-Maffei aan de Bundesbahn overgedragen. April 1991 was de levering van de eerste 41 treinstellen voltooid. Voorjaar 1990 waren ook de eerste motorwagens (401 015 en 401 515) met voorzieningen voor het verkeer naar Zwitserland gereed. Deze werden later vervangen door treinen van de tweede serie.
De motorwagens van de eerste serie waren voorzien van conventionele omvormers. Vanaf de tweede serie werd gebruikgemaakt van GTO-thyristors die verantwoordelijk zijn voor de karakteristieke "melodie" bij het wegrijden. Het gewicht van de motorwagens daalde door het gebruik van de GTO-thyristors met ruim twee ton. De capaciteit van de transformatoren is ongeveer 7,6 MVA. De transformatoren hebben een normcapaciteit van 5,2 MVA, waarvan 4,5 MVA voor tractie en 700 kVA voor verwarming, airconditioning en andere hulpsystemen beschikbaar is. De wieldiameter loopt van 1.040 mm (nieuw) tot 950 mm (afgesleten). De motorwagens hebben aan de voorkant een Scharfenberg koppeling, die met een klep is afgedekt en uitsluitend voor het verslepen gebruikt wordt. In tegenstelling tot de andere ICE-treinstellen is een koppeling van ICE 1-treinstellen niet voorzien. De motorwagens van de ICE 2 (serie 402) zijn te combineren met de tussenwagens van de ICE 1 en worden bij materieelgebrek dan ook samen met ICE 1-treinstellen ingezet. Bij het bestellen van de ICE 2-treinstellen werden ook twee motorwagens voor de ICE 1 besteld (402 045 en 402 046). De voor het verkeer naar Zwitserland bedoelde motorwagens zijn door middel van een tweede stroomafnemer volgens Zwitserse norm en het Zwitserse treinbeïnvloedingssysteem Integra-Signum voor het bedrijf in Zwitserland toegerust. De motorwagens 401 0xx worden normaal gesproken gekoppeld met een eersteklasrijtuig, de motorwagen met nummer 401 5xx aan een rijtuig van de tweede klasse.
De treinen worden door de Deutsche Bahn (DB) ingezet op de volgende trajecten.
Noord-zuidverbindingen
Het spoorwegennet bestaat structureel uit zes noord-zuidverbindingen die doorgaans ieder uur bediend worden.
- van Hamburg-Altona of van Bremen over Hannover, Göttingen, Kassel-Wilhelmshöhe, Fulda en Würzburg, verder over Neurenberg en Ingolstadt of Donauwörth en Augsburg naar München (ICE - lijn: 25, Flügelzug tot Hannover)
- van Hamburg-Altona over Berlijn, Leipzig, Jena-Paradies, Neurenberg en Augsburg of Ingolstadt naar München (ICE - lijn: 28)
- van Dortmund over Duisburg, Düsseldorf, Köln, Frankfurt (Main) Flughafen en Mannheim, verder over Karlsruhe, Offenburg en Freiburg naar Basel (ICE - lijn: 43) of over Stuttgart, Ulm en Augsburg naar München (ICE - lijn: 42)
- van Düsseldorf (ICE - lijn: 78) over Köln, Frankfurt (Main), Würzburg, Nürnberg en Ingolstadt naar München (ICE - lijn: 41)
Oost-westverbindingen
Het spoorwegennet bestaat structureel uit twee oost-westverbindingen die doorgaans ieder uur bediend worden.
- van Berlijn over Hannover, Bielefeld en Hamm, verder over Dortmund, Essen, Duisburg en Düsseldorf naar Keulen/Bonn Flughafen of over Hagen en Wuppertal naar Keulen (afhankelijk van de dag verder naar Bonn, Koblenz of Trier, ICE - lijn: 10, Flügelzug vanaf Hamm)
- van Dresden (enkele treinen van Maagdenburg) over Leipzig, Erfurt, Fulda, Frankfurt (Main) en Mainz naar Wiesbaden, enkele treinen over Darmstadt, Mannheim en Kaiserslautern naar Saarbrücken (ICE - lijn: 50, Flügelzug vanaf Frankfurt)
Bron: wikipedia NL:[1]
Verwijzingen
Intern
Extern
Diverse Treinstellen Bouwserie BR 401
Bronnen, Referenties en/of Voetnoten |
Modellen
|
|
|