Bouwserie E 50/150: verschil tussen versies
k (Baureihe E 50/150 hernoemd naar Bouwserie E 50/150) |
|||
(14 tussenliggende versies door 3 gebruikers niet weergegeven) | |||
Regel 1: | Regel 1: | ||
− | {| class="wikitable" style="float:right; width: | + | {| class="wikitable" style="float:right; width:24%;border color#4682B4" |
− | ! colspan="2" style= "background: | + | ! colspan="2" style= "background: #ff9e23" | Baureihe E 50 / 150 |
|- | |- | ||
− | | colspan="2" | [[Bestand:E50-091.jpg|thumb|center| | + | | colspan="2" | [[Bestand:E50-091.jpg|thumb|center|280px|<center>Baureihe E 50 / BR 150</center>]] |
|- | |- | ||
| Spoorwegmij's || DB | | Spoorwegmij's || DB | ||
Regel 44: | Regel 44: | ||
''Bronnen:'' | ''Bronnen:'' | ||
− | * [http://www.elektrolok.de/Kurzprofile/150farbe.htm website eletrolok.de (Duitstalig)] | + | * eletrolok.de (Duitstalig):150farbe.htm <ref>[http://www.elektrolok.de/Kurzprofile/150farbe.htm website eletrolok.de (Duitstalig)]</ref> |
* | * | ||
== Waar zijn deze locomotieven nog te zien? == | == Waar zijn deze locomotieven nog te zien? == | ||
− | Van de 194 gebouwde locs zijn er helaas maar twee overgebleven voor het nageslacht. De groene E 50 091 is te vinden in het DB Museum Koblenz, de verkeersrode 150 186 heeft een plaatsje gekregen in het | + | Van de 194 gebouwde locs zijn er helaas maar twee overgebleven voor het nageslacht. De groene E 50 091 is te vinden in het [http://www.dbmuseum-koblenz.de DB Museum Koblenz], de verkeersrode 150 186 heeft een plaatsje gekregen in het [http://www.eisenbahnmuseum-heilbronn.de/index.html Süddeutsches Eisenbahnmuseum Heilbronn.] |
== Bijzonderheden/Opmerkingen == | == Bijzonderheden/Opmerkingen == | ||
+ | * De locomotieven worden door de Deutsche Bahn (DB) vooral ingezet voor zware goederentreinen en later soms ook voor personentreinen en opdrukdiensten op steile trajecten. Een probleem van deze loc is de grote aanzettrekkracht van bijna 450 kN (45 ton). Dit is twee keer zoveel als de sterkste goederentreinstoomloc, de [[Bouwserie 44|DRG Baureihe 44]]. De machinist moet daarom voorzichtig de trein in beweging zetten om breuk in de schroefkoppeling te voorkomen. | ||
== Literatuur == | == Literatuur == | ||
+ | * Spoorwegen; diverse jaargangen. Gerrit Nieuwenhuis, Richard Latten. Uitgeverij de Alk BV, Alkmaar. | ||
== Externe Verwijzingen == | == Externe Verwijzingen == | ||
*[http://de.wikipedia.org/wiki/DB-Baureihe_E_50 wikipedia (Duitstalig)] | *[http://de.wikipedia.org/wiki/DB-Baureihe_E_50 wikipedia (Duitstalig)] | ||
*[http://home.arcor.de/baureihe150/home.htm website Baureihe 150 (Duitstalig)] | *[http://home.arcor.de/baureihe150/home.htm website Baureihe 150 (Duitstalig)] | ||
+ | *[http://www.bundesbahnzeit.de/page.php?id=Baureihe%20150%20-%20der%20Kraftprotz website 'Die Bundesbahnzeit' - Baureihe 150] | ||
+ | == Diverse E-locs Baureihe E 50 / BR 150 == | ||
− | == Diverse E- | + | <gallery widths=220px heights=140px perrow=4 caption="Diverse Grootspoor afbeeldingen E-loc Baureihe E 50 / BR 150 "> |
+ | Bestand:Loc-E50-091-Koblenz.jpg|<center>Loc E50 091 te Koblenz</center> | ||
+ | Bestand:E50-14jun2015 0224 zpsclklzw34.jpg|<center>Loc E50 091 te Koblenz</center> | ||
− | |||
− | |||
</gallery> | </gallery> | ||
+ | |||
+ | |||
+ | {| class="toccolours" style="font-size:85%; margin-top:1em; margin-bottom:-0.5em; border: 1px solid #aaa; padding: 5px; clear: both; width:100%;" | ||
+ | | | ||
+ | |||
+ | == <sup>Bronnen, Referenties en/of Voetnoten</sup> == | ||
+ | <sup><references></references></sup> | ||
+ | |||
+ | |} | ||
+ | |||
== Modellen == | == Modellen == | ||
− | + | === Märklin H0 modellen === | |
− | + | {{Märklin-e50-modellen}} | |
− | + | === Märklin Z modellen === | |
+ | {{Märklin-z-e50-modellen}} | ||
+ | === Piko H0 modellen === | ||
+ | {{Piko-e50-modellen}} | ||
+ | === Roco H0 modellen === | ||
+ | {{Roco-e50-modellen}} | ||
+ | {{Navigatie-grootspoor-DB(1949-1993)}} | ||
− | + | {{Navigatie-grootspoor-DB(1994-heden)}} | |
− | + | [[Categorie:E-locs]][[categorie:E-locs Duitsland]] | |
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | [[ |
Huidige versie van 26 mrt 2023 om 17:37
Baureihe E 50 / 150 | |
---|---|
Spoorwegmij's | DB |
Bedrijfsnummers | E 50 001–194 |
Fabrikanten | Henschel Krauss-Maffei Krupp elektrisch deel: AEG BBC Siemens |
Aantal gebouwd | 194 stuks |
Bouwjaren | 1957–1973 |
Asvorm | Co'Co' |
Lengte over de buffers | 19.490 mm |
Max.snelheid | 100 km/h |
Vermogen | 4500 kW |
Dienstgewicht | 126 t / 128 t |
Aanvangskracht | 438 kN |
Stroomsysteem | ~ 15.000 volt 16 2/3 Hz |
Remmen | Druklucht |
Uit dienst | 2003 |
Elektrische locomotief Baureihe E 50 / BR 150
Ontwikkeling en Bedrijf
In de jaren vijftig van de vorige eeuw besloot de DB om een tweetal standaard-locs te laten ontwikkelen: een zes-assige goederenloc en een vier-assige multifunctionele loc. Omdat men aan een tweetal types toch niet genoeg bleek te hebben, werden het er tenslotte vier: de E 10 als multifunctionele sneltreinloc, de E 40 als goederenloc, de E 41 als loc voor het buurtverkeer en de E 50 als zware goederenloc.
In 1954 werden de eerste E 50-locs besteld, die drie jaar later in dienst genomen konden worden. Tussen 1957 en 1973 zouden in totaal 194 stuks afgeleverd worden van de E 50. De type-aanduiding E 50 werd in 1968 veranderd in Baureihe 150. De locs werden vooral ingezet voor zware goederentreinen. Voor het vervoer van metaal-, kolen, cokes- en erts werd dan ook vaak een beroep gedaan op dit type. Een enkele keer kon je een E 50/150 ook aantreffen voor een reizigerstrein. Hoewel de opvolger van de BR 150 - de BR 151 - al in 1972 werd gebouwd, werd er pas met de komst van de BR 152 in 1997 echt een begin gemaakt met het uit dienst nemen van de BR 150. Eind 2003 werden uiteindelijk de laatste exemplaren bedankt voor de bewezen diensten en belandden in de eerste maanden van 2004 bij de sloper. Het type E 50/150 is in de loop der jaren in verschillende kleuren op het spoor te zien geweest. Oorspronkelijk werden de E 50 modellen in het donkergroen afgeleverd (dat na 1962 veranderde in het wat lichtere chroomoxide-groen.) Vanaf 1975 werden de eerste locs in het oceaanblauw/beige kleurenschema gespoten, waarna vanaf 1987 het oriëntrode kleurtje volgde. Enkele locs zijn tenslotte nog vanaf 1997 in het huidige verkeersrood gespoten voordat alle resterende exemplaren in 2003 werden afgedankt. Een grappig detail is dat loc 150 065 als enige van dit type in alle vier de verschillende kleuren heeft rondgereden.
Bronnen:
- eletrolok.de (Duitstalig):150farbe.htm [1]
Waar zijn deze locomotieven nog te zien?
Van de 194 gebouwde locs zijn er helaas maar twee overgebleven voor het nageslacht. De groene E 50 091 is te vinden in het DB Museum Koblenz, de verkeersrode 150 186 heeft een plaatsje gekregen in het Süddeutsches Eisenbahnmuseum Heilbronn.
Bijzonderheden/Opmerkingen
- De locomotieven worden door de Deutsche Bahn (DB) vooral ingezet voor zware goederentreinen en later soms ook voor personentreinen en opdrukdiensten op steile trajecten. Een probleem van deze loc is de grote aanzettrekkracht van bijna 450 kN (45 ton). Dit is twee keer zoveel als de sterkste goederentreinstoomloc, de DRG Baureihe 44. De machinist moet daarom voorzichtig de trein in beweging zetten om breuk in de schroefkoppeling te voorkomen.
Literatuur
- Spoorwegen; diverse jaargangen. Gerrit Nieuwenhuis, Richard Latten. Uitgeverij de Alk BV, Alkmaar.
Externe Verwijzingen
- wikipedia (Duitstalig)
- website Baureihe 150 (Duitstalig)
- website 'Die Bundesbahnzeit' - Baureihe 150
Diverse E-locs Baureihe E 50 / BR 150
Bronnen, Referenties en/of Voetnoten |
Modellen
Märklin H0 modellen
|
Märklin Z modellen
|
Piko H0 modellen
|
Roco H0 modellen
|
|