Bouwserie 95.0
Bouwserie 95 Pruisische T20 | |
---|---|
Spoorwegmij's | DR DB |
Bedrijfsnummers | 95 001 – 95 045 |
Fabrikanten | Borsig, Hanomag |
Aantal gebouwd | 45 stuks |
Bouwjaren | 1922 – 1924 |
Asvorm | 1'E1' h2 |
Wiel diameters | Drijfwielen:Ø 140 cm Voorloop:Ø 85 cm Achterloop:Ø 85 cm |
Lengte loc incl. tender | 15.100 mm |
Keteldruk | 14 kg/cm2 |
Verdampingsoppervlak | 200 m2 |
Dienstgewicht | 127,4 t |
Max.snelheid | 65 km/h |
Vermogen | 1.192 kW |
Remmen | Knorr-Drukluchtrem Riggenbach-Tegendruk rem |
Uitdienst | 1981 |
Stoomlocomotief BR 95
De locomotieven van de bouwserie 95 zijn stoomlocomotieven met een asindeling 1'E1' van de Deutsche Reichsbahn (DR), die gebruikt werden voor het personen en goederentransport op de steile trajecten zoals de trajecten door het Thüringer Wald, het Frankenwald, de Geislinger Steige en op de Schiefen Ebene. De locomotieven hadden de bijnaam "Bergkönigin".
Ontwikkeling en Bedrijf
Na het succes van de tenderlocomotief van de Bouwserie 95.66, besluit wordt door de Pruisische Eisenbahn-Zentralamt besloten om 5-voudig gekoppelde tenderlocomotieven met een as-indeling 1'E1'h2 te laten bouwen. Er wordt opdracht gegeven aan de firma Borsig om deze Pruisische T20 te ontwerpen, welke zouden worden ingezet voor de steile hoofdtrajecten. In de periode 1923 - 1924 werden 18 locomotieven door Borsig en 27 locomotieven door Hanomag geleverd. De eerste 10 door Borsig geleverde locomotieven kregen de bedrijfsnummers 9201 t/m 9210, werden echter in hetzelfde jaar al omgenummerd naar bouwserie 95 met de bedrijfsnummers 95 001 t/m 95 010. In totaal werden in de periode 1923-1924 45 stuks van deze bouwserie afgeleverd. De locomotieven werden voornamelijk ingezet op de steile trajecten zoals o.a. op het traject Sonneberg–Probstzella, de Spessartrampe, de Frankenwaldbahn, de Geislinger Steige, de Schiefe Ebene en de Rübelandbahn.
Na de 2e wereldoorlog kwamen 14 locomotieven van de bouwserie 95.0 bij de Deutsche Bundesbahn (DB) terecht, waarvan er 2 wegens oorlogsschade ter zijde werden gesteld. De locomotieven werden o.a. ingezet op het steile traject Laufach-Heigenbrücken en in de Aschaffenburger Mainhafen. De locomotieven hebben bij de DB tot september 1957 dienst gedaan waarna ze definitief ter zijde werden gesteld.
Bij de Deutsche Reichsbahn (DR) in de DDR waren 31 locomotieven van de bouwserie 95.0 in dienst. Hiervan werden tussen 1966 en 1972 24 exemplaren omgebouwd tot oliegestookte locomotieven. Vanaf 1970 werden de tot oliestook omgebouwde locomotieven ingedeeld als bouwserie 95.00 en de niet omgebouwde (kolen gestookte) exemplaren als bouwserie 95.10. Bij de DR werd de laatste locomotief van de bouwserie 95 in 1981 ter zijde gesteld.
Waar zijn deze locomotieven nog te zien?
Van deze bouwserie zijn 5 locomotieven bewaard gebleven:
- Loc 95 009 is bewaard gebleven als Loc 95 0009-1 en in het bezit van het Eisenbahn-Bau- und Betriebsgesellschaft Pressnitztalbahn.
- Loc 95 016 is bewaard gebleven en in het bezit van het "Deutschen Dampflokomotiv-Museum" in Neuenmarkt-Wirsberg.
- Loc 95 020 is bewaard gebleven als loc 95 007 en in het bezit van het "Technikmuseum Speyer".
- Loc 95 027 is bewaard gebleven en in het bezit van het DB Museum en wordt ingezet op de Rübelandbahn als museumloc.
- Loc 95 028 is bewaard gebleven en in het bezit van het "Eisenbahnmuseum Bochum"
Bronnen:[1]
Externe Verwijzingen
Diverse Stoomlocomotieven bouwserie 95
Bronnen, Referenties en/of Voetnoten |
Modellen
|
|