Bouwserie 03: verschil tussen versies
k (→Modellen) |
|||
Regel 183: | Regel 183: | ||
=== Märklin H0 modellen === | === Märklin H0 modellen === | ||
{{Märklin-br03-modellen}} | {{Märklin-br03-modellen}} | ||
+ | {{Märklin-br03-ustc-modellen}} | ||
+ | |||
=== Märklin Z modellen === | === Märklin Z modellen === | ||
{{Märklin-z-br03-modellen}} | {{Märklin-z-br03-modellen}} |
Versie van 22 mei 2020 10:49
Baureihe 03 | |
---|---|
Spoorwegmij's |
DB |
Bedrijfsnrs. | 03 001 - 298 |
Fabrikanten |
Borsig |
Aantal gebouwd | 298 st. |
Bouwjaren | 1930 - 1939 |
Asvorm | 2'C1' h2 |
Wiel-diameters: |
Drijfwielen:∅ 200 cm |
Lengte loc.incl.tender | 23.905 mm |
Keteldruk | 16 kg/cm2 |
Verdampingsoppervlak |
201,96 m2 (koperen vuurkist) |
Dienstgewicht |
99,6 t (03 001 - 122) |
Vermogen: | 1450 kW |
Max.snelheid |
120 km/h (03 001 - 162) |
Uitdienst | 1972 |
Bouwserie 03
- Dit artikel gaat over de serie 003 (tot 1968 serie 03) van de Deutsche Bundesbahn (DB). Zie voor de afgeleide serie het kopje 03.10.
- De Bouwserie 03, was een serie stoomlocomotieven die gebouwd zijn voor de Deutsche Reichsbahn Gesellschaft (DRG) volgens het conceptplan Einheitsdampflokomotiven, een meerjarenplan voor de bouw van verschillende gestandaardiseerde stoomlocomotieven.
Ontwikkeling en Bedrijf
De BR03 is in de periode 1930 tot 1938 gebouwd met als doel deze in te zetten op de spoortrajecten die een as-gewicht van maximaal 18 ton konden hebben. De Baureihe 03 voldeed aan deze eis, doordat er een lichter frame, kleinere ketel en kleinere cilinders werden toegepast. In totaal zijn er 298 stoomlocomotieven gebouwd van de BR03 door de firma’s Borsig, Krupp, Henschel en BMAG. De locomotieven hadden een maximumsnelheid van 130 km/h en werden dan ook ingezet voor het sneltreinverkeer.
Vanaf de 03 123 werden de pompen verplaatst naar het midden van de ketel. Ook werd de BR03 vanaf 03 163 – 03 298 voor grotere wielen met een diameter van 1 meter, in plaats van de tot dan toe toegepaste wielen van 85 cm.
Na de 2e wereld oorlog was het bestand van de Baureihe 03 als volgt: • 145 stuks ingedeeld bij de Deutsche Bundesbahn (DB) • 86 stuks ingedeeld bij de Deutsche Reichsbahn (DR) • 40 stuks waren achtergebleven in Polen en werden daar ingedeeld bij de Polskie Koleje Państwowe (PKP). (Deze werden ingedeeld als Baureihe Pm 2)
Na 1968 werden de bedrijfsnummers bij de DB en in 1970 bij de DR gewijzigd. Bij de DB werd er een 0 voor het bestaande bedrijfsnummer toegevoegd (03 001 werd 003 001 etc.). Bij de DR werd een 2 tussen gevoegd (03 204 werd 03 2204 etc.) Een aantal locomotieven behield echter de oude nummering aangezien het uit dienst nemen van de Baureihe 03 toen al was ingezet. De laatste BR03 werd in 1972 buiten dienst gesteld.
Bron:[1]
Baureihe 03.10 | |
---|---|
Spoorwegmij's |
DB |
Bedrijfsnummers |
03 1001 – 1022 |
Fabrikanten |
Borsig |
Aantal gebouwd | 60 st. |
Bouwjaren | 1939 - 1941 |
Asvorm | 2'C1' h3 |
Wiel-diameters: |
Drijfwielen:∅ 200 cm |
Lengte loc.incl. tender | 23.905 mm |
Keteldruk | 20 kg/cm2 |
Verdampingsoppervlak | 203,15 m2 |
Dienstgewicht | 103,2 t |
Vermogen: | 1317 kW |
Max.snelheid | 140 km/h |
Uitdienst | 1980 |
Bouwserie 03.10
Ontwikkeling en Bedrijf
De Baureihe 03.10 was een snellere versie van de Baureihe 03 en werd vanaf 1939 gebouwd. De locomotief had 3 cilinders. Aanvankelijk was het de bedoeling om er 140 te bouwen, maar door WW II werden er maar 60 gebouwd. De Baureihe 03.10 was voorzien van stroomlijn bekleding, waardoor de luchtweerstand aanzienlijk minder was. Deze stroomlijn bekleding werd echter na de oorlog weer verwijdert, omdat de snelheid op de trajecten werd beperkt vanwege de vele schades opgelopen tijdens de oorlog. De stroomlijnbekleding had daardoor geen toegevoegde waarde meer en werd dan ook verwijdert. De locomotieven van de Baureihe 03.10 die achtergebleven waren in Polen en Rusland, behielden hun stroomlijn bekleding.
Na de 2e wereld oorlog was het bestand van de Baureihe 03.10 als volgt: • 26 stuks ingedeeld bij de Deutsche Bundesbahn (DB) • 19 stuks ingedeeld bij de Deutsche Reichsbahn (DR) • 9 stuks waren achtergebleven in Polen en werden daar ingedeeld bij de Polskie Koleje Państwowe (PKP). (Deze werden ingedeeld als Baureihe Pm 3) • 1 stuk werd vanwege oorlogsschade uit dienst genomen • 3 stuks waren achtergebleven in Rusland en werden bij de RZD ingedeeld.
Waar zijn deze locomotieven nog te zien?
Baureihe 03
- Bedrijfsnr. 03 001 website Verkehrsmuseum Dresden.
- Bedrijfsnr. 03 002 website ETM || Museum loc.
- Bedrijfsnr. 03 098 website Technik Museum Speyer || Museum loc. Niet bedrijfsvaardig
- Bedrijfsnr. 03 131 website DDM || Museum loc. Niet bedrijfsvaardig
- Bedrijfsnr. 03 155 website WFL || Bedrijfsvaardig
- Bedrijfsnr. 03 188 Techn. Gymnasium Kirchheim Teck - Landkreis Esslingen - Monument
- Bedrijfsnr. 03 204 website LDC
- Bedrijfsnr. 03 243 website Damplokwerk Meiningen
- Bedrijfsnr. 03 295 website Bahnpark Augsburg
Baureihe 03.10
- Bedrijfsnr. 03 1010 website DB Museum Nürnberg
- Bedrijfsnr. 03 1090 website MEF
Bijzonderheden/Opmerkingen
Op 10 Oktober 1958 explodeerde de ketel van de 03 1046 vanwege metaalmoeheid. De originele ketels werden daarom vervangen door nieuwe.
Literatuur
Externe Verwijzingen
Diverse Stoomlocs Bouwserie 03 en 03.10
Bronnen, Referenties en/of Voetnoten
|
Modellen
Märklin H0 modellen
|
|
Märklin Z modellen
|
|
|